20
www.aeg.com
2. Druk op de toets A.
De trommel gaat automatisch open.
3. Doe de was in de trommel, één item
tegelijk.
4. Schud de items voor u ze in de
wasautomaat plaatst.
Zorg ervoor dat u niet te veel was in de
trommel plaatst.
5. Sluit de trommel en het deksel.
LET OP!
Voordat u de deur van de
machine sluit, dient u erop te
letten dat de trommel goed
is gesloten.
11.2 Wasmiddelvakjes.
Wasmiddel en additieven
gebruiken
1. Doseer de gespecificeerde
wasmiddelen en de wasverzachter.
11.3 Het apparaat
inschakelen
1. Steek de stekker in het stopcontact.
2. Draai de waterkraan open.
3. Druk op toets Aan/Uit - Marche/Arrêt
om het apparaat in te schakelen.
Wasmiddelvakje voor de voorwasfase.
Wasmiddelvakje voor de wasfase.
Vakje voor vloeibare toevoegingen (wasverzachter, stijfsel).
De
-markering geeft het maximale niveau aan voor vloeibare toevoegingen.
M
2. Doe het wasmiddel en de
wasverzachter in de juiste vakjes.
Volg altijd de instructies op
die u op de verpakking van
het wasmiddel aantreft. We
A
raden u wel aan het
maximaal aangegeven
niveau niet te overschrijden.
Deze hoeveelheid zal u
echter de beste
wasresultaten geven.
Voeg vloeibare wasmiddelen
toe aan een doseerbol
(geleverd door de fabrikant
van het wasmiddel). Plaats
de doseerbol in de trommel
van de wasmachine,
bovenop de kledingstukken.
Er klinkt een korte toon.
11.4 Een programma kiezen
1. Draai de programmatoets en stel het
programma in: