Inhoudsopgave
Advertenties
Bedieningsinstructies
Aankoppelen aan het voertuig
1. Monteer de rolbezem aan het snelsluitframe van de wiella-
der. Zie de handleiding van de wiellader.
2. Koppel de slangen voor de aandrijving van de bezem aan de
snelkoppelingen van de derde hydraulische functie of aan de
aansluitingen voor een hydromotor.
3. Koppel de snelkoppelingen van de hydraulische zwenkver-
stelcilinder aan de vierde hydraulische functie. Indien de rol-
bezem uitgevoerd is met een elektrisch bediend selectieventiel
- sluit de kabel ervan op de wiellader aan. Zie bladzijde 23
voor het elektrische schema.
4. Start de bezem door de bedieningshendel van de derde hy-
draulische functie in de gearreteerde stand te zetten, of schakel
het hydromotor circuit in.
5. Controleer de draairichting van de borstel. Indien de borstel
in omgekeerde richting draait, de stand van de ventielhendel
veranderen of de slangen aan de 3e hydraulische functie ver-
wisselen.
Borstel afstellen, hoogte en hoek
1. Hef de bezem en zet de steunen in de transportstand.
2. Start de bezem met de derde hydraulische functie of met het
hydromotor circuit.
3. Laat de borstel langzaam zakken totdat de gele hoogteindi-
catie merken in lijn zijn, zie afbeelding 5.
4. Kantel de rolbezem totdat de kiepindicatie merken in lijn
zijn, zie afbeelding 6.
5. Stel evt. opnieuw de hoogte af, zoals beschreven in punt 3.
Afstellen van de bodemdruk
De bodemdruk van de rolbezem kan aan de omstandigheden
aangepast worden. Zet de machine in de parkeerstand, gebruik
daarna de afstelhendel (afbeelding 7) om de bodemdruk af te
stellen.
Attentie! Gebruik de hef- of kiepfunctie van de wiellader niet
voor het afstellen van de bodemdruk.
Waarschuwing!
De rolbezem moet altijd volledig stilstaan,
voordat enige afstelling wordt uitgevoerd.
4. Parkeersteunen in transportstand
5. Hoogte-indicatie
6. Kiep-indicatie
7. Afstelhendel
Advertenties
Inhoudsopgave
