Inhoudsopgave
Advertenties
Problemen oplossen
Raadpleeg de onderstaande tabel wanneer het toestel niet naar behoren functioneert. Als het probleem niet in de tabel staat of als het probleem blijft bestaan nadat u de aanwijzingen
heeft opgevolgd, schakelt u het toestel uit, trekt dan de stekker uit het stopcontact en neemt vervolgens contact op met uw dichtstbijzijnde erkende Yamaha-dealer of servicecentrum.
Algemeen
Probleem
Het toestel is niet ingeschakeld.
De aanraaksensoren reageren niet.
Na het inschakelen van het toestel wordt het
onmiddellijk weer uitgeschakeld.
Het toestel werkt niet juist.
Het toestel kan niet worden bediend.
Er klinkt geen geluid uit het toestel.
U hoort ruis.
Het toestel gaat plotseling uit.
Oorzaak
Een aanraaksensor is per ongeluk aangeraakt of aangetikt terwijl
het toestel aan het opstarten was (gedurende ongeveer vijf
seconden nadat het netsnoer op een stopcontact is aangesloten).
Het netsnoer is niet goed aangesloten.
De interne microcomputer blijft hangen door een externe
elektrische schok (blikseminslag, ontlading van statische
elektriciteit, enz.) of door een daling in de voedingsspanning.
De signaalbron is niet juist geselecteerd.
Het volumeniveau is erg laag ingesteld of het geluid is gedempt.
Het externe apparaat is niet stevig op de AUX-aansluiting
aangesloten.
Wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten op het toestel.
Dit toestel ondervindt invloed van sterke radiogolven in de
gebruiksomgeving.
Het is mogelijk dat de audiokabel die wordt gebruikt om het
toestel met het externe apparaat te verbinden beschadigd is.
De slaaptimer is ingeschakeld ( p. 33).
De Auto standby-functie is ingeschakeld. ( p. 9).
De beveiligingsfunctie is in werking getreden.
46
Oplossing
Vermijd aanraken of aantikken van de aanraaksensoren terwijl het
toestel aan het opstarten is. Probeer het toestel niet in te
schakelen voordat het opstarten is voltooid.
Sluit het netsnoer op de juiste manier aan.
Houd = op het toestel tenminste acht seconden ingedrukt. Het
toestel zal stand-by staan.
Gebruik de signaalbrontoetsen om een signaalbron te selecteren
( p. 7).
Verhoog het volume.
Controleer of het externe apparaat stevig op de aansluiting van
het toestel is aangesloten. Als er geen probleem met de
aansluitingen is, kunnen de kabels beschadigd zijn.
Maak de hoofdtelefoon los.
Dit kan worden verbeterd als de installatiepositie van dit toestel
wordt veranderd.
Controleer de verbinding via de audiokabel. Als er geen
problemen zijn met de verbinding, moet u een andere audiokabel
gebruiken.
Schakel het toestel in en speel de signaalbron opnieuw af.
Nadat u hebt gecontroleerd of er niets abnormaals aan de hand is,
inclusief vreemde geluiden uit het toestel of dat het toestel zeer
warm of zelfs heet wordt, moet u = op het toestel tenminste 8
seconden ingedrukt houden. Het toestel gaat nu stand-by.
Advertenties
Inhoudsopgave
