7.3
Indicator batterijcapaciteit (Fig. 3)
Er zijn capaciteitsindicatoren op het batterijpack. U kunt de capaciteit van de batterij
controleren wanneer u de knop (A) indrukt. Druk vóór het gebruik van het apparaat de
trekkerschakelaar even in om te controleren of de batterij voldoende opgeladen is om correct
te werken.
Deze 3 leds geven de capaciteit van de batterij aan:
3 leds branden: batterij volledig opgeladen.
2 leds branden: batterij 60% opgeladen.
1 led brandt: batterij bijna ontladen.
8 EIGENSCHAPPEN
8.1
Visuele informatie
▪
te lage batterijspanning (Fig. 4) ( batterij opnieuw laden)
▪
bezig met opstarten (Fig. 5) ( wacht tot het toestel is opgestart)
▪
oververhitting (Fig. 6) ( laat het toestel/batterij afkoelen)
▪
Overstroombeveiliging: Het symbool geeft aan dat de machine beschermd wordt tegen
overbelasting. Dit kan voorkomen wanneer de inflator/deflator voor een langere,
ononderbroken periode gebruikt wordt. Wanneer de machine niet meer functioneert,
schakel het toestel uit en start het opnieuw op na enkele minuten. (Fig. 14)
8.2
Werklamp (Fig. 7)
Wanneer u licht nodig hebt, druk dan op de knop van het led-werklichtlampje.
8.3
Eenheden wijzigen (Fig. 8)
De inflator kent 3 eenheden: psi/bar/kPa. U kunt met deze knop tussen deze eenheden
omschakelen.
8.4
Drukniveau-leds (Fig. 9)
Wanneer een einddruk werd ingesteld en wanneer het toestel in werking is, zullen de
drukniveau-leds knipperen. Zodra de einddruk is bereikt, zullen de drukniveau-leds stoppen
met flikkeren en constant groen gaan branden.
8.5
Dubbele slang
De inflator beschikt over twee slangen voor twee manieren van opblazen. De hogedrukslang
is voor het opblazen van voorwerpen onder hoge druk zoals banden. De hoogdebietslang is
voor het opblazen of aflaten van grote voorwerpen onder lage druk zoals vlotten,
luchtmatrassen en drijvende voorwerpen.
NOTA: aflezing drukmeter en vooringestelde waarden zijn enkel van
toepassing bij toepassingen met hoge druk.
8.6
De slang voor hoog debiet monteren en verwijderen
▪
Haal de slang voor hoog debiet uit het opbergvak.
8.6.1
Opblazen
▪
Lijn de nokken van de slang uit met de uitsteeksels op de aansluiting voor hoog debiet
van de luchtpomp. Schuif dan de slang op de machine en draai ze in tegenwijzerzin om ze
vast te zetten (Fig. 10).
▪
Om ze te verwijderen, draait u de slang in wijzerzin en schuift u ze van de machine.
▪
Veel opblaasbare voorwerpen, vooral luchtmatrassen, beschikken over een interne klep
die voorkomt dat lucht tijdens het opblazen verloren gaat. Zolang deze klep niet door de
Copyright © 2019 VARO
POWDP7040
P a g i n a
| 8
NL
www.varo.com