7 Configuratie
Capaciteit van de boosterverwarming
De
capaciteit
van
de
boosterverwarming
energiemeting en/of de regeling van het energieverbruik ingesteld
worden om goed te werken. Door de weerstand van de
boosterverwarming te meten, kunt u de exacte capaciteit van elk
verwarmingstoestel instellen en zodoende meer nauwkeurige
energiegegevens hebben.
#
Code
[9.4.1]
[6-02]
Capaciteit van de
boosterverwarming (kW). Geldt alleen
voor warmtapwatertanks met interne
boosterverwarming. De capaciteit van de
boosterverwarming op nominale
spanning.
Bereik: 0~10 kW
7.2.4
Configuratiewizard: Back-upverwarming
De back-upverwarming is aangepast om op de meeste Europese
elektriciteitsdistributienetten aangesloten te worden. Als de back-
upverwarming beschikbaar is, moet de spanning, de configuratie en
de capaciteit worden ingesteld op de gebruikersinterface.
De capaciteiten voor de verschillende stappen van de back-
upverwarming moeten voor de energiemeting en/of de regeling van
de besturing energieverbruik ingesteld worden om goed te werken.
Door de weerstand van elk verwarmingstoestel te meten, kunt u de
exacte capaciteit van elk verwarmingstoestel instellen en zodoende
meer nauwkeurige energiegegevens hebben.
Type back-upverwarming
De back-upverwarming is aangepast om op de meeste Europese
elektriciteitsdistributienetten aangesloten te worden. Het type van
back-upverwarming kan worden geraadpleegd, maar niet gewijzigd.
#
Code
[9.3.1]
[E‑03]
▪ 3: 6V
▪ 4: 9W
Spanning
▪ Voor een 6V-model kan dit worden ingesteld op:
▪ 230 V, 1ph
▪ 230 V, 3ph
▪ Voor een 9W-model is dit vastgesteld op 400 V, 3ph.
#
Code
[9.3.2]
[5‑0D]
▪ 0: 230 V, 1ph
▪ 1: 230 V, 3ph
▪ 2: 400 V, 3ph
Configuratie
De back-upverwarming kan op verschillende manieren worden
geconfigureerd. Ze kan worden geconfigureerd als 1-staps back-
upverwarming of als back-upverwarming met 2 stappen. Bij 2
stappen hangt de capaciteit van de tweede stap af van deze
instelling. Er kan ook een hogere capaciteit van de tweede stap
worden ingesteld in een noodgeval.
#
Code
[9.3.3]
[4‑0A]
▪ 0: Relais 1
▪ 1: Relais 1 / Relais 1+2
▪ 2: Relais 1 / Relais 2
▪ 3: Relais 1 / Relais 2 Noodbedrijf
Relais 1+2
Installatiehandleiding
26
moet
voor
de
Beschrijving
Beschrijving
Beschrijving
Beschrijving
INFORMATIE
Instellingen [9.3.3] en [9.3.5] zijn aan elkaar gekoppeld. Als
u één instelling verandert, wordt ook de andere gewijzigd.
Controleer dus bij het veranderen of de waarde van de
andere instelling nog steeds is zoals verwacht.
INFORMATIE
Tijdens normaal bedrijf is de capaciteit van de tweede stap
van de back-upverwarming bij nominale spanning gelijk
aan [6‑03]+[6‑04].
INFORMATIE
Als
[4‑0A]=3
en
de
stroomverbruik van de back-upverwarming maximaal en
gelijk aan 2×[6‑03]+[6‑04].
INFORMATIE
Alleen voor systemen met ingebouwde warmtapwatertank:
als het instelpunt van de opslagtemperatuur hoger is dan
50°C, adviseert Daikin de tweede stap van de back-
upverwarming NIET uit te schakelen, aangezien dit een
grote invloed heeft op de tijd die de unit nodig heeft om de
warmtapwatertank op te warmen.
Capaciteit stap 1
#
Code
[9.3.4]
[6‑03]
▪ De capaciteit van de eerste stap van
de back-upverwarming bij nominale
spanning.
Extra capaciteit stap 2
#
Code
[9.3.5]
[6‑04]
▪ Het verschil in capaciteit tussen de
tweede en de eerste stap van de back-
upverwarming bij nominale spanning.
De nominale waarde hangt af van de
configuratie
upverwarming.
7.2.5
Configuratiewizard: Primaire zone
De belangrijkste instellingen voor de primaire aanvoerwaterzone
kunnen hier worden ingesteld.
Afgiftesysteem
Het opwarmen of afkoelen van de primaire zone kan langer duren.
Dit hangt af van:
▪ het watervolume van het systeem
▪ het warmteafgevertype van de primaire zone
De instelling Afgiftesysteem kan een langzaam of een snel
verwarmings-/koelsysteem
compenseren
afkoelcyclus.
Bij
regeling
via
Afgiftesysteem invloed op de maximummodulatie van de
gewenste aanvoerwatertemperatuur en de mogelijkheid om op basis
van de binnenomgevingstemperatuur automatische tussen koeling/
verwarming om te schakelen.
Het is belangrijk Afgiftesysteem correct en in overeenstemming
met uw systeemlayout in te stellen. De streef-delta T voor de
primaire zone hangt van deze instelling af.
#
Code
[2.7]
[2‑0C]
▪ 0: Vloerverwarming
▪ 1: Ventilo-convector
▪ 2: Radiator
De instelling van het afgevertype heeft als volgt een invloed op het
instelpuntbereik van de ruimteverwarming en de doel-delta T bij
verwarming:
noodstand
is
actief,
is
het
Beschrijving
Beschrijving
van
de
back-
tijdens
de
verwarm/
een
kamerthermostaat
heeft
Beschrijving
ETBH/X16E
Daikin Altherma 3 H HT W
4P644727-1B – 2022.03