Het is niet alleen duur om vochtig hout te ge-
bruiken, maar het vergroot ook het risico voor
roetvorming en rook- en milieuproblemen. Ge-
bruik daarom uitsluitend droog hout, d.w.z. met
een vochtgehalte van maximaal 20%. Om dit te
bereiken moet het hout 1 tot 2 jaar voor gebruik
te drogen worden gelegd.
Brandhout met een diameter van meer dan 10
cm. moet worden gekloofd voor het gedroogd
wordt. De blokken moeten een passende lengte
hebben (ca. 20 cm) zodat ze plat op het vuur
gelegd kunnen worden.
Bij opslag in de buitenlucht dient het hout afge-
dekt te worden.
Voorbeelden van aanbevolen
houtsoorten
en hun soortelijk gewicht per m
voor 100% hout met een vochtgehalte van 18%.
Houtsoort
kg/m
3
Beuk
710
Es
700
Eik
700
Lep
690
Esdoorn
660
Berk
620
Bergden
600
Het gebruik van oliehoudende houtsoorten
als teak en mahonie wordt afgeraden omdat
dit het glas kan beschadigen.
Brandwaarde van hout
Er is ca. 2,4 kg hout nodig om 1 liter stookolie te
vervangen.
Alle houtsoorten hebben ongeveer dezelfde
brandwaarde per kg. Deze ligt op ca. 5,27 kW/
uur voor absoluut droog hout.
Hout met een vochtgehalte van 18% heeft een
rendement van ca. 4,18 kW/uur per kg, en 1 liter
stookolie bevat ca. 10 kW/uur.
CO
emissie
2
1000 liter stookolie vormt bij verbranding 3,171
ton CO
. Aangezien hout een CO
2
warmings-/energiebron is, bespaart u het milieu
voor ca. 1,3 kg CO
emissie elke keer dat u 1 kg
2
brandhout gebruikt.
3
, aangegeven
Houtsoort
kg/m
3
Wilg
560
Els
540
Den
520
Lariks
520
Linde
510
Spar
450
Populier
450
neutrale ver-
2
1.11 Problemen bij het gebruik
Als er sprake is van rook- of stankoverlast dient
allereerst onderzocht te worden of de schoor-
steen verstopt is. Er is uiteraard een minimale
trek nodig om het vuur enigszins te kunnen re-
gelen. De trek is echter afhankelijk van de weer-
somstandigheden: bij harde wind kan de trek
in de schoorsteen zó krachtig worden dat het
nodig kan zijn een smoorklep in de schoorsteen
te monteren om de trek te regelen. Bij het vegen
van de schoorsteen dient men er rekening mee
te houden dat er roet en andere zaken op de
rookplaat van de schoorsteen terecht kunnen
komen. Als het hout te hevig brandt kan er spra
ke zijn van een te grote trek in de schoorsteen.
Onderzoek ook of de pakking in de kacheldeur
intact is.
Als de kachel te weinig warmte afgeeft kan de
oorzaak zijn dat er te vochtig brandhout gebru-
ikt wordt. Een groot deel van de energie wordt
dan verbruikt om het vocht te verdampen. Dit
resulteert in een slecht rendement en verhoogt
het risico voor roetvorming.
1.12 Schoorsteenbrand
Als er brand in de schoorsteen ontstaat, wat kan
gebeuren door onjuist gebruik of door langdurig
gebruik van vochtig hout, sluit u de kacheldeur
en de luchttoevoer helemaal, zodat het vuur dooft.
Bel hierna de brandweer.
Neem contact op met een schoorsteenveger
voordat u de kachel weer in gebruik neemt.
1.13
Onderhoud
De kachel is behandeld met een hittebestendige
lak. Maak de kachel schoon met een vochtige
doek. Eventuele beschadigingen kunnen wor-
den weggewerkt met reparatielak, die in spuit-
bussen verkrijgbaar is.
1.14 Schoonmaken van de ruit
Bij onvoldoende verbranding (b.v. door gebruik
van vochtig hout) kan roetvorming op de glazen
kachelruit ontstaan.
Dit kan eenvoudig en
effectief worden verwijderd
met glasreiniger.
Breng deze aan met een
doek.
Spuit nooit rechtstreeks op het glas.
9