6. Kies COM-poort of zoek naar automatische poorten scannen en druk op verbinden op
het volgende scherm
Controleer of beide DIP-schakelaars de status '0' hebben ***
7. Definieer gevoeligheid en gebeurtenistellingen met de schuifregelaars en keuzerondjes
(zie onderstaande afbeelding)
8. Andere instellingen die u kunt configureren:
•
Tijd tussen alarmen opschorten
•
Keep alive interval – meestal relevant voor batterijgevoede systemen op
afgelegen locaties (meestal ingesteld op Nooit)
•
Activiteitstijden van het apparaat: meestal relevant voor op batterijen
werkende systemen op externe locaties (meestal ingesteld op 24 uur)
9. Overzichtsscherm voordat u wijzigingen accepteert - klik op Toepassen om die
instellingen op de detector te configureren
11