9.
Opstarten
WAARSCHUWING:
1- Maak een brugje voor normaal gesloten veiligheidscontacten.
2- Indien aanwezig, pas de openings- en sluitingseindelopen aan.
NB: de eindelopen moeten ingedrukt blijven tot het einde van de handeling en moeten geïn-
stalleerd worden zoals uitgelegd in de handleiding van de Ditec NEOS.
3- Stel, in het AT menu ,de gewenste openingsrichting in.
4- Verplaats het schuifhek manueel en zorg ervoor dat deze vlot en zonder wrijving glijdt.
5- Zet de automatie aan en controleer of alles correct verloopt volgens de opeenvolgende open-
ings- en sluitingscommando's (zie paragraaf 7.2).
Controleer of de eindelopen geactiveerd zijn (indien geïnstalleerd).
6- Sluit de veiligheidstoebehoren aan (verwijder de bijhorende brugjes) en controleer of ze correct
functioneren.
7- Om de instellingen van de werkings- en de vertragingssnelheid, automatische sluitingssnelheid
en de kracht op obstakels te wijzigen, consulteer de menu's.
8- Sluit alle andere toebehoren aan en controleer of ze werken.
OPGELET: ZORG ERVOOR DAT DE KRACHT DIE DOOR DE VLEUGELS UITGEOEFEND WORDT,
CONFORM ZIJN MET EN12453-EN12445 RICHTLIJNEN.
9- Indien nodig, sla de afstandsbedieningen in het geheugen op met het commando R0 -> SR.
10- Sluit de behuizing wanneer alle opstartprocedures voldaan zijn en alles gecontroleerd
werd.
i
N.B.: wanneer het bedieningspaneel een onderhoudsbeurt gehad heeft of vervangen werd,
moet de opstartprocedure opnieuw doorlopen worden.
AE Systems
DE HANDELINGEN MBT PUNT 5 WORDEN UITGEVOERD ZONDER VEILIG-
HEIDSTOEBEHOREN. DE PARAMETERS KUNNEN ENKEL AANGEPAST WORDEN
WANNEER DE AUTOMATISATIE INACTIEF IS. DE AUTOMATISATIE VERTRAAGT
AUTOMATISCH WANNEER DE STOPS OF EINDELOOPSTOPS BEREIKT ZIJN.BIJ
ELKE START WORDT HET BEDIENINGSPANEEL GERESET EN WORDT DE EERSTE
HANDELING UITGEVOERD AAN VERMINDERDE SNELHEID. AUTOMATISCHE
INLEERPERIODE.
37