8 | Energiebesparing
Storingscode
Betekenis
2 F
2 6 0 of
De sensoren in het cv-toestel meten een afwij-
3 4 5
kende temperatuur.
2 L
2 6 6
2 P
2 1 2 of
3 4 1
2 U
2 1 3
4 F
2 1 9
4 L
2 2 0
6 A
2 2 7
De brander ontsteekt niet.
Tabel 7 Storingscodes
Voer de volgende handelingen uit indien een van bovenstaande storings-
codes in de display staat:
▶ Controleer de cv-waterdruk en vul zo nodig bij ( § 6.3).
▶ Controleer of er voldoende radiatoren open staan.
▶ Ontlucht de radiatoren ( § 6.4).
▶ Controleer of de gaskraan is geopend ( § 3.2).
▶ Houd de toets c ingedrukt, totdat Reset in de display verschijnt.
Indien de storing niet is verholpen:
▶ Neem contact op met de installateur en geef het toesteltype door. Het
toesteltype staat op de typeplaat linksboven op het cv-toestel.
7.2
Geen displaycode
Blijft de storing maar wordt geen displaycode getoond:
▶ Controleer of de netstekker in de contactdoos zit.
▶ Controleer aan de hand van de gebruikersinstructie de instellingen
van de kamerthermostaat.
▶ Neem contact op met de installateur en geef het toesteltype door. Het
toesteltype staat op de typeplaat linksboven op het cv-toestel.
8
Energiebesparing
8.1
Energiebesparing
Zuinig verwarmen
Het cv-toestel is zo geconstrueerd dat het gasverbruik en de belasting
voor het milieu zo laag mogelijk is en het comfort zo groot mogelijk is. De
gastoevoer naar de brander wordt geregeld al naar het gelang de warm-
tebehoefte van de cv-installatie.
Het cv-toestel werkt met een "modulerende regeling". Deze regeling
stemt het gasverbruik af op de aanwezige warmtebehoefte. De module-
rende regeling verminderd temperatuurschommelingen zodat de warm-
te gelijkmatig in de ruimtes wordt verdeeld.
Door de modulerende regeling kan het zijn dat het cv-toestel continue
brandt maar toch minder gas verbruikt dan een cv-toestel dat voordu-
rend wordt in- en uitgeschakeld.
Energiebesparing pomp
In het submenu Pompinstellingen ( tabel 4, pag. 8) kan de energiebe-
sparende functie van de pomp worden ingeschakeld. Indien het cv-toe-
stel detecteert dat het cv-systeem geen warmte afneemt, stopt de pomp
tijdelijk.
Vloerverwarming
▶ Stel de aanvoertemperatuur niet hoger in dan de door de installateur
aanbevolen maximale aanvoertemperatuur.
Ventileren
Ventileer niet door de ramen op een kier te laten staan. Hierbij wordt con-
stant warmte aan de ruimte onttrokken, zonder dat de kwaliteit van de
ruimtelucht noemenswaardig wordt verbeterd.
▶ Zet een uur lang de ramen helemaal open.
▶ Zet tijdens het ventileren de thermostaat lager.
12
Warmwatercomfort
Hoe lager het ingestelde warmwatercomfort, hoe zuiniger het cv-toestel
omgaat met energie. Kies een zo laag mogelijk warmwatercomfort dat
aansluit bij uw warmwatergebruik.
▶ Laat u adviseren door uw installateur.
▶ Zet bij langere afwezigheid, bijvoorbeeld een vakantie, het warmwa-
terbedrijf uit ( § 4.3.3, Verwarmingsinstellingen, pag. 8).
Kamerthermostaat
▶ Stel de kamerthermostaat overdag één graad lager in.
▶ Zet de kamerthermostaat een half uur, voordat u gaat slapen of voor
langere tijd het huis verlaat, laag.
TrendLine • 6720809444 (2021/03)