▪ de instelling opnieuw uitvoeren als de verbinding mislukt is.
1 Navigeer naar het RESET-scherm met
om uw selectie te bevestigen.
Resultaat: De instelling is op de fabriekswaarden ingesteld.
Resetscherm
2 Druk op
om terug te keren naar het thuisscherm of gebruik
het EXIT-scherm om terug te keren naar het menu instellingen
van de binnenunit.
Draadloze verbinding uitschakelen
1 Open het menu instellingen van het draadloos netwerk en
verander de instelling naar OFF met
uw selectie te bevestigen.
Resultaat: De kleur van het Daikin Eye wisselt af tussen groen en
wit. De communicatie staat UIT.
4.4.3
Verticaal uitblazen
Deze
functie
helpt
om
temperatuurverdeling te bereiken in de verwarmstand. U kunt deze
functie uitschakelen als er meubelen of andere voorwerpen onder de
unit staan.
Verticaal uitblazen UIT
Verticaal uitblazen in-/uitschakelen
1 Navigeer in het menu instellingen van de binnenunit naar de
instelling verticaal uitblazen met
Verticaal uitblazen AAN
2 Verander de instelling met
3 Druk op
om uw selectie te bevestigen.
4 Druk opnieuw op
om terug te keren naar het hoofdmenu of
druk op
om terug te keren naar het thuisscherm.
5
Functie
INFORMATIE
De
binnenunit
wordt
afstandsbediening
als
handleiding beschrijft alleen het gebruik met deze
gebruikersinterface. Als een andere gebruikersinterface
aangesloten is, zie de gebruiksaanwijzing van die
gebruikersinterface.
FTXTJ-A(W)(B)
Daikin kamerairconditioner
3P717028-4B – 2023.03
en
. Druk op
RESET
en
. Druk op
een
optimale
luchtstroom
Verticaal uitblazen AAN
en
.
Verticaal uitblazen UIT
en
.
geleverd
met
de
draadloze
gebruikersinterface.
Deze
5.1
Werkingsbereik
Gebruik het systeem binnen de volgende temperatuur- en
vochtgehaltebereiken om een veilige en efficiënte werking te
verzekeren.
Buitentemperatuur
Binnentemperatuur
Binnenvochtigheid
(a)
Een beveiliging kan het systeem stilleggen als de unit buiten het
bedrijfsbereik wordt gebruikt.
(b)
Condensatie en druppelend water kunnen voorkomen als de unit
buiten het bedrijfsbereik wordt gebruikt.
om
5.2
Bedrijfsstand en
temperatuurinstelpunt
Wanneer. Stel de bedrijfsstand van het systeem in en stel de
temperatuur in wanneer u wil:
en
▪ Een kamer verwarmen of koelen
▪ Lucht in een kamer blazen zonder te verwarmen of te koelen
▪ De vochtigheidsgraad in een kamer verlagen
Wat. De werking van het systeem verschilt naar gelang van de
selectie van de gebruiker.
Instelling
Automatisch
Het systeem koelt of verwarmt een kamer tot
op het temperatuurinstelpunt. Het schakelt
indien nodig automatisch om tussen koelen en
verwarmen.
Koelen
Het systeem koelt een kamer tot op het
temperatuurinstelpunt.
Verwarmen
Het systeem verwarmt een kamer tot op het
temperatuurinstelpunt.
Verwarmingsboost
Dit is een automatische functie; uw woning
wordt snel opgewarmd wanneer u de unit in de
stand verwarmen opstart.
Alleen ventilator
Het systeem regelt alleen de luchtstroom
(luchtstroomsnelheid en uitblaasrichting).
In deze stand kan de temperatuur niet worden
ingesteld.
Drogen
Het systeem verlaagt de vochtigheid in de
kamer.
In deze stand kan de temperatuur niet worden
ingesteld.
Bijkomende informatie:
▪ Buitentemperatuur. Het koel- of verwarmingsvermogen van het
systeem neemt af bij een te hoge, respectievelijk te lage
buitentemperatuur.
▪ Ontdooien. Bij het verwarmen kan er ijs worden gevormd op de
buitenunit, waardoor het verwarmingsvermogen afneemt. In dat
geval schakelt het systeem automatisch over naar ontdooien om
het ijs te verwijderen. Bij het ontdooien blaast de binnenunit
GEEN warme lucht uit.
5 Functie
Koelen en
Verwarmen
(a)(b)
drogen
–10~46°C droge
–30~24°C droge
bol
bol
–31~18°C natte bol
18~37°C droge bol
10~30°C droge bol
14~28°C natte bol
(a)
≤80%
—
Beschrijving
Gebruiksaanwijzing
(a)
9