6 MP SOCKET (MP-AANSLUITING): Sluit met een 3,5 mm stereostekker
het audiosignaal van een Mediaspeler op deze aansluiting aan.
OPMERKINGEN
·
Als een externe MEDIASPELER op de MP-aansluiting op het voorpaneel
wordt aangesloten (met een 3,5mm stereostekker) terwijl u naar een
MP-bron op lijnniveau luistert, wordt de externe MEDIASPELER direct
geselecteerd en de MP-bron op lijnniveau onmiddellijk afgesloten.
·
Het wordt aanbevolen het volume te onderdrukken, of naar een
andere ingang over te schakelen alvorens het externe snoer van de
MEDIASPELER aan of af te sluiten.
7 INGANGSKEUZETOETSEN: Deze toetsen selecteren de actieve
ingang naar de NAD C 326BEE en het signaal dat naar de luidsprekers,
hoofdtelefoons en de PRE OUT-uitgangen wordt gezonden. De toetsen
op de afstandsbediening hebben dezelfde functies als deze toetsen.
Wanneer u deze selecteert, gaat de bijbehorende ingangs-LED-
indicator die is ingebed in de rand van de betreffende ingangstoets
blauw branden.
MP (MEDIASPELER): Hiermee wordt een lijnniveau-bron die op de
MP-aansluitingen is aangesloten, als actieve ingang geselecteerd.
Als een externe MEDIASPELER op de MP-aansluiting op het voorpaneel
wordt aangesloten (met een 3,5mm stereostekker) terwijl u naar een
MP-bron op lijnniveau luistert, wordt de externe MEDIASPELER direct
geselecteerd en de MP-bron op lijnniveau onmiddellijk afgesloten.
Het wordt aanbevolen het volume te onderdrukken, of naar een
andere ingang over te schakelen alvorens het externe snoer van de
MEDIASPELER aan of af te sluiten.
CD: Hiermee wordt de cd-speler (of andere lijnniveau-bron) die op de
CD-aansluitingen is aangesloten, als actieve ingang geselecteerd.
TUNER: Selecteert de tuner (of een ander bron op lijnniveau) die als de
actieve ingang is aangesloten op de tuner-aansluitingen.
DISC: Hiermee wordt een lijnniveau-bron die op de DISC-aansluitingen
is aangesloten, als actieve ingang geselecteerd.
AUX: Hiermee wordt een lijnniveau-bron die op de AUX-aansluitingen
is aangesloten, als actieve ingang geselecteerd.
VIDEO: Hiermee wordt de videorecorder (of stereo tv-/satelliet-
/kabelontvanger) die op de VIDEO-aansluitingen is aangesloten, als
actieve ingang geselecteerd.
TAPE Monitor: Selecteert de uitgang vanaf een taperecorder bij
het afspelen van tapes of het bewaken van opnames die via de
aansluitingen Tape Monitor worden gemaakt. Druk eenmaal op de toets
TAPE MONITOR om TAPE MONITOR te selecteren en nogmaals om de
normale ingangsselectie te hervatten.
TAPE MONITOR is een tape-bewakingsfunctie waarmee de huidige
ingangsselectie niet wordt opgeheven. Indien bijvoorbeeld de
cd-speler de actieve ingang is wanneer TAPE MONITOR wordt
geselecteerd, dan blijft het cd-signaal geselecteerd en wordt het naar
de aansluitingen TAPE OUT gestuurd, maar het is het geluid van de
recorder die op TAPE IN is aangesloten, die u via de luidsprekers hoort.
Behalve de LED TAPE-MONITOR die brandt ter aanduiding dat deze is
ingeschakeld, blijft ook de LED-indicator voor de actieve ingang verlicht.
BEDIENINGSELEMENTEN
8 TONE DEFEAT (TOONDEMPING): De toonknoppen worden met deze
toets in- of uitgeschakeld. Wanneer deze is ingeschakeld (LED-indicator
TOONDEMPING is verlicht), worden de circuits voor de Toonregeling
kortgesloten. De circuits voor de Toonregeling zijn actief wanneer de
LED-indicator TOONDEMPING niet brandt.
9 TOONREGELINGEN: De NAD C 326BEE beschikt over
bedieningselementen voor lage en hoge tonen (BASS en TREBLE)
om de klank van uw installatie in te stellen en in evenwicht te
houden. De 12 uur-stand is 'plat' zonder dat de klank wordt geboost
of afgesneden en deze stand wordt aangeduid d.m.v. een pal. Draai
het bedieningselement naar rechts om de lage of hoge tonen te
verhogen. Draai het bedieningselement naar links om de lage of
hoge tonen te verlagen. De toonbedieningselementen hebben
geen invloed op de opnames die via de Tape-uitgangen worden
opgenomen maar hebben toch invloed op het signaal dat naar de
voorversterkeruitgangen (PRE OUT) wordt gevoerd.
10 BALANCE: Met de draaiknop BALANCE worden de relatieve niveaus
van de linker- en rechterluidsprekers afgesteld. De 12 uur-stand zorgt
voor een evenwichtig niveau tussen de linker- en rechterkanalen. Deze
stand wordt met een pal aangeduid. Door het bedieningselement
naar rechts te draaien, verschuift het evenwicht naar rechts. Door het
bedieningselement naar links te draaien, verschuift het evenwicht naar
links. De bedieningselementen BALANCE hebben geen invloed op de
opnames die via de Tape-uitgangen worden opgenomen maar hebben
toch invloed op het signaal dat naar de voorversterkeruitgangen (PRE
OUT) wordt gevoerd.
11 VOLUME: Met behulp van het bedieningselement VOLUME kan u
de globale geluidssterkte van de signalen die naar de luidsprekers en
hoofdtelefoon worden gevoerd instellen. Door naar rechts te draaien
kiest u een hogere hoofd-volume-instelling; door naar links te draaien
kiest u een lagere hoofd-volume-instelling. De bedieningselementen
VOLUME hebben geen invloed op de opnames die via de Tape-
uitgangen worden opgenomen maar hebben toch invloed op het
signaal dat naar de voorversterkeruitgangen (PRE OUT) wordt gevoerd.
VOORPANEEL
7