Advertenties
Quick Links
L
D
T
ittfinski
aten
echnik (
Gebruiksaanwijzing
Light-Display-Module
lichtaansturing
voor de
Light@Night
Light-Display-F
>> Gebouwde module <<
Tenminste één Light-Display- en/of Light-Power module en
de Light-Interface (LI-LPT of LI-LAN), vormen tezamen de
hardware voor PC-modelbaan-lichtaansturing Light@Night.
Als een Light-Display module met een Light-DEC-Basis
module wordt verbonden, ontstaat de basis eenheid van de
modelbaan licht aansturing Light-DEC.
De Light-Display module heeft 40 uitgangen voor verlichtings
aansluitingen met een stroom belasting van 0,5 Ampere per
De lichteffecten (neonlampen, inzetknipperlicht, looplicht,
verkeerslichten en nog veel meer) kunnen aan ieder van de 40
uitgangen individueel worden toegewezen.
Geschikt voor analoge- en digitale modelspoorbanen.
Dit product is geen speelgoed! Niet geschikt voor kinderen jonger dan 14 jaar. Het
bouwpakket bevat kleine onderdelen. Daarom buiten bereik houden van kinderen
onder 3 jaar! Bij verkeerd gebruik bestaat gevaar voor verwonding door scherpe
randen en punten! Bewaar deze gebruiksaanwijzing a.u.b. op een veilige plaats.
CE Art.-Nr.:
146 40 18
Voorwoord/veiligheidsaanwijzingen:
U heeft voor uw modelspoorbaan de Light-Display-module
voor de lichtaansturing Light@Night en Light-DEC uit het
assortiment van Littfinski DatenTechnik (LDT) verkregen.
Wij wensen u veel plezier met dit product!
• Lees deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig door. Bij schade,
die door het niet opvolgen van de handleiding ontstaat,
vervalt de aanspraak op garantie. Voor latere schades, die
daaruit voortkomen, zijn wij niet aansprakelijk.
U krijgt op de module 24 maanden garantie, (geldt uitsluitend
voor de gebouwde module).
Light-Display-module aansluiten:
• Belangrijk: Voer alle aansluitwerkzaamheden uit bij een
uitgeschakelde
modelspoorbaan,
uitschakelen of netstekkers trekken).
• Light-Display-modulen bevatten een grote condensator,
die helemaal ontladen moet zijn, voordat de Light-
Display-module aangesloten of verwijderd mag worden.
Wacht daarom enkele minuten, nadat u de voedende
transformator uitgeschakeld hebt, voordat u de Light-
Display-Module opsteekt of verwijderd.
Verbindt
de
Light-Display-module
stiftenlijst met de Light-Interface (LI-LPT of LI-LAN), de
Light-DEC-Basis module of de reeds aanwezige Light-
Power- of Light-Display -modulen.
De stiftenlijst mag niet verschoven in de stekkerbussenlijst
worden gestoken. De modulen zijn juist samengestoken,
zodra
de
printplaten
aaneensluiten. Afbeelding 1 op de volgende pagina toont, hoe
de modulen correct zijn samengestoken.
LDT
)
Light-DEC
en
050032
Art.-Nr.:
uitgang.
(transformatoren
over
de
10-polige
boven
en
onder
voldoende
De Light-Power- en Light-Display modulen hoeven niet direct
in elkaar te worden gestoken. Het is ook mogelijk, deze mbv. de
„Kabel L@N" of mbv. een afgeschermde „Kabel Patch" (vanaf
Light-Power versie 1.2 en Light-Display versie 1.7) met
elkaar te verbinden.
De Light-Display modulen hebben 40 uitgangen, die elk met
een 0,5 Ampere belast kunnen worden. Deze zijn geschikt voor
het schakelen van modelbaan lampjes of lichtdioden (LED).
Display-module voeden:
Over de klemmen KL6 wordt iedere Light-Display-module met
spanning uit een modelbaantransformator gevoed.
De
voedingsspanning
wisselspanning of tussen 12 en 24 Volt gelijkspanning
bedragen.
Verlicht u uw modelbaan overwegend met lichtdioden, dan kan
een 52VA transformator meer dan één Light-Display-module
voeden. Afbeelding 3 op de volgende pagina toont, hoe door
één transformator twee Light-Display-modules worden
gevoed.
Let daarbij altijd op de gelijke polariteit (kenmerk bruin en
geel) bij de klemmen KL6 van de betreffende Light-Display-
module.
Gebruikt u gloeilampjes voor de verlichting, dan kan een 52VA
transformator één Light-Display-module voeden. Let ook in
dit geval altijd op de gelijke polariteit (kenmerk bruin en geel)
bij de klemmen KL6 van de betreffende Light-Display-module,
(afbeelding
4
op
de
gebruiksaanwijzing).
Verlichting aaansluiten:
Iedere
display-module
Modelbaangloeilampjes kunnen direct aangesloten worden.
Lichtdioden vereisen absoluut een voorweerstand (ca.
4,7kOhm, afhankelijk van de ingangsspanning aan KL6).
Iedere uitgang mag met maximaal 0,5 Ampère belast worden.
Om een aansluitkabel aan één van de 40 uitgangen te
klemmen, drukt u de witte hevel voorzichtig naar beneden en
steekt u de kabel van boven in de klemmen.
De gelijkspanning aan de 40 uitgangen bedraagt ca. (1,414 *
ingangsspanning) – 1,4 Volt, als de Light-Display-module
met
een
wisselspannng
ingangswissselspanning (aan KL6) van bijvoorbeeld 15 Volt,
bedraagt de gelijkspanning aan de uitgangen ca. 20 Volt.
Wordt de Light-Display met een gelijkspanning aan KL6
gevoed, dan is de uitgangsgelijkspanning ca. 1,4 Volt lager.
De samenhang tussen ingangs- en uitgangsspanning toont
tabel 1 op de volgende pagina van deze gebruiksaanwijzing.
De gemeenschappelijke pluspool voor alle uitgangen zijn de
klemmen KL7, (zie afbeelding 1).
De gemeenschappelijke pluspool heeft drie ingangen, die
ieder met 1 Ampère belast mogen worden. Verdeel de
gemeenschappelijke plusleiding van de lampjes en lichtdioden
daarom gelijkmatig over de drie plusklemmen KL7 (zie
afbeelding 2).
mag
tussen
10
en
volgende
pagina
van
heeft
40
uitgangen.
wordt
gevoed.
Bij
18
Volt
deze
een
Advertenties
Gerelateerde Handleidingen voor LDT Light-Display-Module
Samenvatting van Inhoud voor LDT Light-Display-Module
- Pagina 1 Geschikt voor analoge- en digitale modelspoorbanen. Display-module voeden: Dit product is geen speelgoed! Niet geschikt voor kinderen jonger dan 14 jaar. Het Over de klemmen KL6 wordt iedere Light-Display-module met bouwpakket bevat kleine onderdelen. Daarom buiten bereik houden van kinderen spanning uit een modelbaantransformator gevoed.
- Pagina 2 From transformer Afbeelding 4: Gebruikt u gloeilampjes voor de verlichting, dan kan een 52VA transformator één Light-Display-module voeden. Gebruik dan bijvoorkeur transformatoren van één fabrikant en let daarbij op de gelijke polariteit (kenmerk bruin en geel) bij de klemmen KL6 van de betreffende Light-Display-module.