aangebracht als de regelaarinlaatdruk groter is dan de veilige
werkdruk voor apparatuur downstream.
Zelfs als de regelaar onder de maximale druklimiet wordt gebruikt,
kunnen externe bronnen schade veroorzaken en kan er vuil
in de lijn terechtkomen. De regelaar moet op schade worden
gecontroleerd na elke overdruksituatie.
Opstarten
De regelaar wordt in de fabriek afgesteld op een punt ongeveer
midden in het bereik van de veer of de gewenste druk, dus
wellicht moet u de regelaar de eerste keer zelf bijstellen om de
gewenste resultaten te bereiken. Na voltooiing van de installatie
en nadat de ontlastkleppen correct zijn afgesteld, opent u
langzaam de afsluiters upstream en downstream.
Afstelling
U kunt de uitlaatdruk veranderen door verwijdering van de afslu-
itkap of maak de borgmoer los en draai de stelschroef rechtsom
om de uitlaatdruk te verhogen, of linksom om de druk te verlagen.
Controleer tijdens het afstellen de uitlaatdruk met een manometer.
Breng de afsluitkap weer aan of zet de borgmoer vast om de
gewenste afstelling te handhaven.
Type 1098-EGR en 1098H-EGR
INDICATORSTOPEENHEID
35A3167
COMPLETE GIETIJZEREN
HOOFDKLEPEENHEID MET VOLLEDIGE CAPACITEIT
Figuur 1. Hoofdklepeenheid type EGR
Buiten bedrijf stellen (uitschakelen)
WAARSCHUWING
!
Ter voorkoming van persoonlijk letsel als gevolg
van plotseling vrijkomende druk, moet u de
regelaar voor demontage van alle druk isoleren.
Onderdelenlijst voor type EGR (figuur 1)
Sleutel Beschrijving
1
Hoofdgedeelte klep
2
Flens hoofdgedeelte
3
Borgschroef
4
Pakking
5
Indicatorfitting
6
Bus (voor indicator)
7
O-ring van indicatorsteel
8
Zeskantmoer indicator
9
Veer
10
Bewegingsindicatorsteel
11
Kooi
12
Poortafdichting
13
Zittingring
14
Zuigerring
15
Afdichting boven
16
Klepstop
17
O-ring kooi
Sleutel Beschrijving
18
Indicatorschaal
19
Indicatorbescherming
20
O-ring stop
21
Indicatorfitting of
O-ring indicatorstop
22
Flensmoer
23
E-ring
24
Slagschroef
25
Flowpijl
27
Indicatorstop
28
Veerzitting
31
Pijpplug
32
Uitslagbegrenzer
35
Fitting
36
Backup-ring
37
O-ring
3