Instelling van het type laserlijn:
Toets (1c): horizontale laserlijn in-/uitschakelen. De horizontale laserlijn kan alleen
dan worden uitgeschakeld als ten minste één verticale laserlijn is ingeschakeld!
(1c)
De horizontale laserlijn kan bijvoorbeeld worden gebruikt voor het nivelleren
over grote afstanden of voor het horizontaal positioneren van bouwelementen.
C
Toets (1d): achtereenvolgens kunnen verschillende verticale laserlijnen worden
in-/uitgeschakeld. Gelijktijdig wordt ook het loodpunt in-/uitgeschakeld.
De verticale laserlijnen kunnen alleen dan allemaal worden uitgeschakeld als
de horizontale laserlijn is ingeschakeld! Door opnieuw op knop 1d te drukken
(1d)
worden de verticale laserlijnen in de laatste constellatie ingeschakeld.
Afzonderlijke verticale laserlijnen dienen bijvoorbeeld voor het aftekenen
van verticale vlakken of het positioneren van bouwelementen.
Bij een te sterke helling knipperen de laser en de LED (groen).
Laser knippert -> pparaat staat te schuin
Loden:
Zoals onder „Instelling van het type laserlijn" staat beschreven, worden minimaal
B
2 verticale, in een hoek van 90° ten opzichte van elkaar staande laserlijnen
ingeschakeld. Het snijpunt van deze laserlijnen ligt boven het loodpunt naar
onderen zodat punten loodrecht van de vloer op het plafond kunnen worden
overgedragen.
90°-hoek maken:
Zoals onder „Instelling van het type laserlijn" staat beschreven, worden minimaal
2 verticale, in een hoek van 90° ten opzichte van elkaar staande laserlijnen
ingeschakeld. Deze 90°-hoek kan bijvoorbeeld worden gebruikt voor het afmeten
van een 90°-hoek of voor het positioneren van bouwelementen in een 90°-hoek
ten opzichte van elkaar. De hieronder beschreven fijninstelling maakt deze taak
wezenlijk eenvoudiger.
+ bevindt zich buiten het zelfnivellerendbereik
+ laser kan zich niet automatisch d.m.v. nivelleren instellen