Installatie-en gebruikershandleiding 2022-V1_JAcobus
3.4 Stoken
De houtkachel moet weer met hout worden bijgevuld indien u voelt dat de temperatuur in de
woonkamer te laag is/wordt en er nog slechts wat gloeiende houtskoolresten in de brandkamer
over zijn.
☛ Open de deur en verdeel de gloeiende houtskoolresten over de bodem van de brandkamer met
een daarvoor geschikte pook.
☛ Leg minimaal 3-4 blokken hout op het gloeiende vuurbed.
☛ Indien de temperatuur van het vuurbed (te) laag is dan dient u wat kleinere aanmaakhoutjes
tezamen mét (!) de grote blokken op het smeulende vuurbed te leggen.
☛ Trek de luchttoevoer volledig naar u toe.
☛ Wacht (10-15 minuten) tot het vuur zich weer volop rondom alle blokken heeft gevormd en doe
dan de luchttoevoer pas weer in de stookstand.
☛ Wilt u stoppen met stoken en er is niet zo veel onverbrand hout meer in de kachel? Trek dan de
luchttoevoer helemaal naar u toe (100%). De kachel brandt dan mooi schoon leeg.
☛ Wilt u doorstoken als er nog veel onverbrand hout in de kachel aanwezig is? Zet dan de
luchttoevoer in de stookstand (10 of 25%) en de kachel zal rustig uitbranden.
☛
Bij het regelen van de kachel met de luchttoevoerschuif is het van belang dat er geen onvolledige
verbranding ontstaat. Een onvolledige verbranding ontstaat als er te weinig verbrandingslucht
wordt toegevoerd doordat de luchttoevoerregelaar te veel of te vroeg worden afgesloten. De
luchttoevoer tijdens het stoken dus nooit over de stookstand heen drukken.
Een onvolledige verbranding kunt u signaleren door:
•
een toename van rookontwikkeling in de brandkamer
•
grijze of zwarte rook uit de uitmonding van het rookkanaal
•
het doven van het vuur
•
condensvorming op het ruit
•
roetafzetting op de ruit en/of wanden in de brandkamer van de kachel
☛
Voorkom een onvolledige verbranding door de luchttoevoer juist te gebruiken.
2022-V1_JAcobus
11 juli 2022
20