7. Mogelijke storingen
Bij storingen koppelt u het apparaat los van het lichtnet. Controleer op basis van
onderstaande tabel of de storing verholpen kan worden, voordat u de hulp van de
service inroept of contact opneemt met de leverancier.
Probleem
Het apparaat is inge-
schakeld, maar het
rode controlelampje
brandt niet.
Tijdens de werking
brandt het rode
controlelampje
ontkalking.
Het apparaat is inge-
schakeld, het controle-
lampje in de AAN/UIT-
schakelaar brandt,
maar het apparaat
warmt niet op.
Het apparaat schakelt
zichzelf uit.
Het groene controle-
lampje brandt niet.
Oorzaak
De stekker zit niet goed
in het stopcontact
Uitgeschakelde
zekering
Het controlelampje is
beschadigd
De schakelaar is
beschadigd
Het apparaat is
verkalkt.
Het verwarmings-
element is beschadigd
De thermostaat is
beschadigd
De beveiliging tegen
oververhitting is
ingeschakeld
Het apparaat is verkalkt
Het koffiezetproces /
verwarmingsproces is
nog niet beëindigd
Het controlelampje is
beschadigd
De thermostaat is
beschadigd
Oplossing
Steek de stekker op de juiste
manier in het stopcontact
Controleer de zekering,
probeer of het apparaat werkt
in een ander stopcontact
Neem contact op met de
leverancier
Neem contact op met de
leverancier
Trek de stekker uit het stop-
contact. Laat het apparaat
afkoelen en ga vervolgens
over tot ontkalken volgens de
aanwijzingen uit hoofdstuk 6
„Reiniging en ontkalking"
Neem contact op met de
leverancier
Neem contact op met de
leverancier
Trek de stekker uit het stop-
contact en laat het apparaat
afkoelen. Verwijder de bodem-
plaat en druk op de RESET-
knop op de onderkant van het
apparaat. Zorg voor het juiste
vloeistofniveau. Ontkalk het
apparaat volgens de aanwijzin-
gen uit hoofdstuk 6.2 „Reini-
ging en ontkalking"
Wacht tot het koffiezetproces/
verwarmingsproces is
afgelopen
Neem contact op met de
leverancier
Neem contact op met de
leverancier
- 153 -