Bediening
Vakantieschakeling
Bediening
(gebruiksduurbeperking)
De kookplaat bezit een automatische gebruiksduurbeperking. De
ononderbroken gebruiksduur voor elke kookzone is afhankelijk
van de gekozen kookstand (zie tabel).
De voorwaarde is dat tijdens de gebruiksduur de instellingen van
de kookzone niet worden veranderd. Als de vakantieschakeling
(gebruiksduurbeperking) gereageerd heeft, wordt de kookzone
uitgeschakeld; er is een kort signaal te horen en in de aanwijzing
verschijnt een H.
Ingestelde
kookstand
1
2
3
4
5
6
7
8
9
Herinneringsfunctie F1
De gebruiker heeft de keuze tussen drie verschillende instellin-
gen hoe de elektronica bij een ingeschakelde kookzone zonder
wijziging van de instellingen moet reageren.
Instelling 1 (standaard):
Normale
uitschakeling
zoals
(gebruiksduurbeperking)"
beschrijving.
Instelling 2:
Herinneringsfunctie 1, na 20 minuten zonder wijziging van de
instellingen is om de 10 minuten een signaal te horen, tot dit
wordt bevestigd. De kookzone wordt verder gebruikt.
Instelling 3:
Herinneringsfunctie 2, na 20 minuten zonder wijziging van de
instellingen is om de 10 minuten een signaal te horen. Als het
signaal na 5 minuten niet wordt bevestigd, wordt de kookplaat
om veiligheidsredenen automatisch uitgeschakeld.
Werkwijze
1. MENU-toets
één keer lang aanraken. F1 verschijnt en
de standaard instelling „F1 51" voor instelling 1.
2. Met de plus-min-toets
„1" de instelling 2 of 3 kiezen.
3. Om de functie te verlaten en te bewaren de MENU-toets
lang aanraken. U hoort een signaaltoon.
Andere functies
Als één of meer sensoren langer of tegelijk worden bediend (bijv.
door een per ongeluk op de sensoren geplaatste pan) wordt er
niet geschakeld.
Een tijd lang is er een signaal te horen. Na een paar seconden
wordt de kookplaat uitgeschakeld. A.u.b. het voorwerp van de
sensoren verwijderen.
Gebruiksduurbeperking
(uren)
10
5
5
4
3
2
2
2
2
onder
„Vakantieschakeling
beschreven.
Zie
voorafgaande
onder de rechteraanwijzing
Tips om energie te besparen
Hier vindt u enkele belangrijke aanwijzingen om zuinig en effi-
ciënt met uw nieuwe kookplaat en het kookservies om te gaan.
• De panbodemdiameter moet even groot zijn als de kook-
zonediameter.
• Bij de aankoop van pannen dient u er rekening mee te houden
dat vaak de bovenste pandiameter wordt vermeld. Die is
meestal groter dan de panbodem.
• Snelkookpannen zijn door de gesloten kookruimte en de over-
druk bijzonder tijdbesparend en zuinig. Door de korte berei-
dingsduur blijven vitamines bewaard.
• Let erop dat er altijd voldoende vloeistof in de snelkookpan is,
want bij een leeggekookte pan kunnen de kookzone en de pan
door oververhitting worden beschadigd.
• Kookpannen indien mogelijk altijd met een passend deksel
sluiten.
• Voor elke te bereiden hoeveelheid de passende pan gebrui-
ken. Een grote, nauwelijks gevulde pan verbruikt veel energie.
Kookstanden
Het verwarmingsvermogen van de kookzones kan in meerdere
standen worden ingesteld. In de tabel vindt u toepassingsvoor-
beelden voor de verschillende standen.
Kookstand
0
UIT-stand, benutting van de restwarmte
1-2
Verder koken van kleine hoeveelheden
(laagste vermogen)
3
Doorkoken
4-5
Gaar koken van grote hoeveelheden,
gaar braden van grote stukken
6
Braden, bechamelsaus maken
7-8
Braden
9
Aan de kook brengen, aanbraden,
braden (hoogste vermogen)
Restwarmteweergave
De keramische kookplaat is met een restwarmteweer-
gave H uitgerust.
Zolang de H na het uitschakelen brandt, kan de rest-
warmte worden gebruikt om te smelten en om gerech-
ten warm te houden. Na het uitdoven van de letter H
kan de kookzone nog heet zijn. Er bestaat gevaar voor verbran-
ding!
NL
Toepassing
53