Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Onderhoudswerkzaamheden Zaagketting Slijpen - Dolmar PS-500 C Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

ONDERHOUDSWERKZAAMHEDEN
Zaagketting slijpen
ATTENTIE: Bij alle werkzaamheden aan zaaggeleider en
zaagketting te allen tijde de motor afzetten, de bougiestekker
eraf trekken (zie Bougie vervangen) en beschermende hand-
schoenen dragen!
De zaagketting moet worden geslepen, wanneer:
zaagselachtige spaanders ontstaan bij het zagen van vochtig
hout.
de ketting ook bij grote druk slechts met moeite in het hout trekt.
de snijkant zichtbaar beschadigd is.
Het zaagmechaniek in het hout eenzijdig naar links of rechts
verloopt. De oorzaak hiervan is een ongelijkmatige scherpte van
de zaagketting.
Belangrijk: vaak slijpen, weinig materiaal afslijpen!
Voor eenvoudig naslijpen zijn in de meeste gevallen twee tot drie
streken van de vijl voldoende.
Nadat men de ketting meerdere malen zelf nageslepen heeft moet
de zaagketting in de servicewerkplaats nageslepen worden.
Slijpkriteria:
ATTENTIE: Uitsluitend voor deze motorzaag toegelaten
kettingen en zaaggeleiders gebruiken (zie uittreksel uit de
reserve onder delenlijst)!
Alle zaagtanden moeten even lang zijn (maat a). Verschillen in
hoogte van de zaagtanden betekenen een ongelijkmatige loop
van de ketting en kunnen kettingbreuk veroorzaken!
Minimumlengte zaagtand = 3 mm. Wanneer de minimum lengte
bereikt is, de kettingzaag niet meer slijpen. Er moet dan een
nieuwe kettingzaag worden opgelegd (zie uittreksel uit de
reserveonderdelenlijst en het Hoofdstuk „Nieuwe zaagketting").
De afstand tussen de dieptebegrenzers (ronde neus) en de snijkant
bepaalt de spaandikte.
De beste zaagresultaten worden bereikt met een afstand van 0,64
(.025") tussen de dieptebegrenzers.
ATTENTIE: Een te grote afstand
vergroot het gevaar van terugslag!
De slijphoek (α) moet bij alle zaagtanden absoluut gelijk zijn.
25° bij kettingtype 686, 099
30° bij kettingtype 086, 484
35° bij kettingtype 093
De juiste borsthoek van de zaagtand (β) ontstaat bij gebruik
van de juiste ronde vijl vanzelf.
60° bij kettingtype 686, 099
85° bij kettingtype 086,093,484
Verschil in de hoeken veroorzaakt een ruwe en onregelmatige ket-
tingloop, vergroot de slijtage en kan leiden tot kettingbreuk!
0,64 mm
(.025")
min.
3 mm (0.11")
α
β
A
0,64 mm
(.025")
B
α
β
C
19

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Ps-500Ps-460

Inhoudsopgave