4 Beknopte handleiding
2 Pas de gewenste aanvoerwatertemperatuur aan.
a
b
2
35
°C
Hoofdzone
a
b
3
45
°C
Secundaire zone
a Werkelijke aanvoerwatertemperatuur
b Gewenste aanvoerwatertemperatuur
Om de weersafhankelijke curve voor de verwarmings-/
koelingzones van ruimten te wijzigen
1 Ga naar de betreffende zone:
Zone
Primaire zone – Verwarming
Primaire zone – Koeling
Secundaire zone – Verwarming [3.5] Secundaire zone >
Secundaire zone – Koeling
2 Wijzig de weersafhankelijke curve.
Er zijn 2 types van WA-curve: curve volgens helling en
afwijking (standaard), en curve met 2 punten. Indien nodig
kunt u het type wijzigen in [2.E] Hoofdzone > Stooklijntype.
De manier waarop de curve wordt aangepast, hangt af van
het type.
Curve volgens helling en afwijking
Helling. Wanneer de helling
wordt gewijzigd, is de nieuwe
voorkeurstemperatuur bij X1
ongelijkmatig hoger dan de
voorkeurstemperatuur bij X2.
a
b
c
d
Y4
Y3
Y2
Y1
X1
X2
X1, X2
Buitenomgevingstemperatuur
Y1~Y4
Gewenste aanvoerwatertemperatuur
a
WA-curve vóór wijzigingen
b
WA-curve na wijzigingen
c
Helling
d
Afwijking
Gebruiksaanwijzing
6
+
–
+
–
Ga naar ...
[2.5] Hoofdzone > Stooklijn
verwarming
[2.6] Hoofdzone > Stooklijn
koeling
Stooklijn verwarming
[3.6] Secundaire zone >
Stooklijn koeling
Afwijking. Wanneer de afwijking
wordt gewijzigd, is de nieuwe
voorkeurstemperatuur bij X1
gelijkmatig hoger dan de
voorkeurstemperatuur bij X2.
a
b
c
d
Y4
Y3
Y2
Y1
X1
X2
Mogelijke acties in dit scherm
Selecteer helling of afwijking.
Verhoog of verlaag de helling/afwijking.
Wanneer helling is geselecteerd: stel de helling in en
ga naar afwijking.
Wanneer afwijking is geselecteerd: stel de afwijking
in.
Bevestig de wijzigingen en keer terug naar het
submenu.
Curve met 2 punten
Y2
Y1
X1
X2
X1, X2
Buitenomgevingstemperatuur
Y1, Y2
Gewenste aanvoerwatertemperatuur
Mogelijke acties in dit scherm
Ga door de temperaturen.
Wijzig de temperatuur.
Ga naar de volgende temperatuur.
Bevestig de wijzigingen en ga verder.
Meer informatie
Voor meer informatie, zie ook:
zetten" [ 4 11]
▪
"5.4 De werking AAN of UIT
ruimteverwarming/-koeling" [ 4 12]
▪
"5.6 De regeling van de
voorbeeld" [ 4 14]
▪
"5.8 Programmascherm:
curve" [ 4 16]
▪
"5.9 Weersafhankelijke
▪ Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
4.3
Warm tapwater
De werking tankverwarming AAN of UIT zetten
OPMERKING
Desinfectiestand. Zelfs als u de werking tankverwarming
UIT
zet
([C.3]:
In
desinfectiestand actief blijven. Als u ze echter UIT zet
terwijl de tank wordt gedesinfecteerd, zal er een AH-fout
worden gegenereerd.
1 Ga naar [C.3]: In werking > Tank.
C.3
In werking
Ruimteverwarming/-koeling
Aan
Tank
Uit
2 Stel de werking in op Aan of Uit.
Het instelpunt voor de tanktemperatuur wijzigen
In de stand Enkel warmhouden kunt u het instelpunt-scherm van de
tanktemperatuur
gebruiken
warmtapwatertemperatuur af te lezen en aan te passen.
EBLA04~08E2V3+E23V3 + EDLA04~08E2V3+E23V3
werking
>
Tank),
zal
de
om
de
gewenste
Daikin Altherma 3 M
4P685230-1C – 2023.05