Tijdens de afwasfase wordt warmte-
energie gebruikt om het afwaswater
te verwarmen en het mineraal te dro-
gen.
Tijdens de drogingsfase wordt vocht
uit de spoelruimte in het mineraal op-
geslagen en komt er warmte-energie
vrij. De warmte-energie wordt met
droge lucht in de spoelruimte uitge-
blazen. Daardoor is een snelle en
verbeterde droging mogelijk.
De droging met zeoliet is dus erg
energiebesparend.
Tip: Voor een goede werking van de
droging met zeoliet dient u geen ser-
viesgoed direct voor de aanzuigope-
ning en uitblaasopening van het zeo-
lietreservoir te plaatsen.
Plaats geen temperatuurgevoelig ser-
viesgoed direct voor de uitblaasope-
ning van het zeolietreservoir.
→ "Apparaat", Pagina 16
Aquasensor
De aquasensor is een optische meet-
voorziening (fotocel) waarmee de
troebelheid van het afwaswater wordt
gemeten. Met de aquasensor kan
water worden bespaard.
Het gebruik van de aquasensor is af-
hankelijk van het specifieke program-
ma. Bij een sterke vervuiling wordt
het afwaswater afgepompt en vervan-
gen door vers water. Bij een geringe
vervuiling wordt het afwaswater ook
tijdens de volgende afwasfase ge-
bruikt en kan het waterverbruik met
3-6 liter worden verminderd. In de au-
tomatische programma's worden bo-
vendien de temperatuur en looptijd
aangepast aan de mate van vervui-
ling.
Milieubescherming en besparing nl
Sensoren
Het sensorsysteem stemt het pro-
grammaverloop en de program-
masterkte van de automatische pro-
gramma's af op de hoeveelheid en
soort vuil.
Het sensorsysteem heeft verschillen-
de gevoeligheidsniveaus die u in de
basisinstellingen kunt veranderen.
→ "Basisinstellingen wijzigen",
Pagina 42
Sensorniveau
Standaard
Gevoelig
Zeer gevoelig
Beschrijving
Optimale instelling voor ge-
mengde belading en hoge
hoeveelheden vuil. Ener-
gie- en waterbesparend.
Past de programmasterkte
al bij geringe hoeveelhe-
den vuil aan voor een ef-
fectieve verwijdering van
etensresten. Het energie-
verbruik en waterverbruik
worden dienovereenkom-
stig aangepast.
Past de programmasterkte
aan voor zwaardere ge-
bruiksomstandigheden, bij-
voorbeeld sterk ingedroog-
de etensresten. Aanbevo-
len instelling bij gebruik
van biologische of ecologi-
sche vaatwasmiddelen met
geringere hoeveelheden
werkzame stoffen. Het
energieverbruik en water-
verbruik worden dienover-
eenkomstig aangepast.
13