Luchtfilter
1.
Neem de luchtfilters eruit.
• Open het bovenste frontpaneel.
• Zet de paneelbevestigingsplaat tussen de ribben
op de unit om deze plaat vast te zetten.
• Druk de filterlip naar het midden van elke luchtfilter
enigszins omhoog en trek deze dan omlaag.
De rug van het
bovenste frontpaneel
Paneelbevestigingsplaat
Ribben
1) Trek
2.
Was de luchtfilters met
water of reinig ze met
een stofzuiger.
• Het wordt aanbevolen om de luchtfilters elke
2 weken te reinigen.
VOOrziCHTiG
• Raak de aluminiumlamellen niet met blote handen aan, wanneer u de filter demonteert of monteert.
3) Trek omlaag
Filterlip
2) Duw
als stof niet gemakkelijk loslaat
• Was de luchtfilters met een neutraal reinigingsmiddel
dat is verdund met handwarmwater. Laat ze daarna
in de schaduw drogen.
• Zorg ervoor dat u de fotokatalytische
luchtzuiveringsfilter uit titaniumapatiet verwijdert.
Zie "Fotokatalytische luchtzuiveringsfilter uit
titaniumapatiet" op de volgende pagina.
3.
Plaats de filters terug
zoals ze zaten en sluit het
bovenste frontpaneel.
1) Sluit het bovenste
1)
paneel.
2) Duw NIET op het
frontpaneel om het
te sluiten.
2)
3) Zet de unit AAN met
de afstandsbediening.
Wacht tot de panelen
volledig open zijn.
3)
Zet dan de unit
terug UIT met de
afstandsbediening.
4) Wanneer de
frontpanelen volledig
gesloten zijn, duw
4)
voorzichtig op het
bovenste frontpaneel,
zodat deze op zijn
plaats zit.
AAN/UIT
30