3 Planning buitentank
3.2
Veilige locatie kiezen
•
•
•
•
Zuigslangen boven- of ondergronds leggen
LET OP
Leidinglengte mag maximaal 20 m per slang bedragen.
Variant 1 leiding beschermd ondergronds leggen
•
•
•
•
LET OP
Het buiseinde moet afgesloten blijven tot de tank volledig is opgebouwd.
Voorbereidingswerkzaamheden
Vlakke ondergrond, vrij van stilstaand water
Geen gevaar van uitglijden, toegankelijk voor het vullen
De bodem minstens 10 cm afgraven, verdichten en voorzien van split.
Aanbeveling:
7 grindtegels (40x40x4 cm) waterpas leggen.
•
Leg bij beschermd ondergronds leggen een beschermbuis van minstens Ø
DN200 en bochten van maximaal 45°.
Maak de wanddoorvoer met behulp van buisdoorvoer en beschermbuis (moet
worden voorzien in de betonbekisting).
Bij een gemetselde muur overlegt u liever even met de bouwkundige of een des-
kundige wat de beste doorvoer is.
De buis moet zo ver uit de aarde steken dat het buiseinde zich minstens 5 cm
boven de bovenkant van de bodem bevindt.
7
Montagehandleiding