VOORZICHTIG
•
Sluit eerst de binnenunit en daarna de buitenunit aan.
•
De buizen mogen niet uit de achterzijde van de binnenunit steken.
•
De condensafvoerslang mag niet doorhangen. Het verlengstuk van de condensafvoerslang van de
binnenunit moet thermisch zijn geïsoleerd.
•
De condensafvoerslang moet aan de onderkant van de gebundelde buizen liggen. Als de slang bovenop
wordt gelegd, kan de condensbak van de unit overstromen.
•
De stroomkabel mag de andere leidingen niet kruizen of hiermee worden verdraaid.
6.3 Installatie binnenunit
1. Voer de koudemiddelleidingen, elektrische kabel en condensafvoerslang door de opening in de wand.
2. Haak de binnenunit vast aan de bovenzijde van de montageplaat. Klik de binnenunit vast in de
bovenste rand van de montageplaat. Controleer of de haken correct vastzitten, door de unit van links
naar rechts te bewegen.
3. Om werkzaamheden aan de aansluitingen te vergemakkelijken, kunt u de binnenunit die aan de
beugel hangt naar voren tillen en een wig van zacht materiaal achter de unit schuiven als
afstandhouder.
4. Duw het onderste deel van de unit tegen de montageplaat tot de klikbevestigingen vastklikken in de
montagegleuven en het binnenste deel stevig aan de montageplaat is bevestigd.
INSTRUCTIE - LEIDINGMONTAGE
Voor de montage van de leidingen van een binnenunit met R32-koudemiddel geldt dat de
leidingen alleen in een afgesloten ruimte mogen worden gesoldeerd.
Voor de binnenunit mogen geen flensverbindingen worden gebruikt.
Voor de aansluiting van de buitenunit mag zowel gebruik worden gemaakt van soldeer- als
flensverbindingen.
SYSPLIT WALL PRIME
Binnenunit
Aansluit-
kabel
Condensafvoerslang
bovenste
bevestiging
onderste
bevestiging
13
Afgedichte
ruimte
Installatie-
ruimte
aansluitbuizen
Mantel
Steun
Installatiehandleiding Systemair