en plaats opvulstukken tussen de spilbehuizing en de
onderkant van het maaidek.
6. Verwijder de bouten, platte ringen, borgringen en
moeren van de buitenste as op de plek waar de
opvulstukken moeten worden geplaatst. Om het
mes hoger of lager te zetten, moet een opvulstuk,
onderdeelnr. 3256-24, tussen de spilbehuizing en de
onderkant van het maaidek worden geplaatst. Ga
verder en controleer de uitlijning van de messen en
plaats opvulstukken totdat de randen van de messen
binnen de gewenste afstand blijven.
Belangrijk: Gebruik niet meer dan drie
opvulstukken voor één opening. Gebruik minder
opvulstukken in naastgelegen openingen indien
er meer dan één opvulstuk voor één opening is
gebruikt.
7. Plaats de drijfriemkappen terug.
De aandrijfriem vervangen
De drijfriem van het maaimes, die wordt gespannen
door de veerbelaste spanpoelie, is vervaardigd van
zeer duurzaam materiaal. De riem zal echter na vele
bedrijfsuren tekenen van slijtage gaan vertonen. Tekenen
dat een riem aan het slijten is zijn: gieren tijdens het
draaien van de riem, als de messen slippen tijdens het
maaien, gerafelde randen, schroeiplekken en scheuren.
Vervang de riem als u deze zaken constateert.
1. Laat de maaidekken neer op de grond. Verwijder de
drijfriemkappen die boven op het maaidek zitten.
Zet de drijfriemkappen weg.
2. Trek de poelie van de tandwielkast weg van
de onderste drijfriem (Figuur 30) om deze te
ontspannen en laat de drijfriem loskomen van de
poelies. Gebruik hiervoor een momentsleutel of
soortgelijk gereedschap (Figuur 31).
1. Spanpoelie
Figuur 30
1. Tandwielkast
3. Verwijder de oude riem van de aspoelies en de
spanpoelie.
4. Leg de nieuwe riem rond de aspoelies en de
spanpoelie Figuur 32.
1. Geleiding van drijfriem
5. Plaats de drijfriemkappen terug.
23
Figuur 31
Figuur 32