Problemen met het geluid
•
Er is geen geluid.
- Controleer of de audiokabel correct is aangesloten.
- Pas het volume van het product of het externe apparaat aan.
- Controleer of het geluid correct is ingesteld.
•
Het geluid klinkt te dof.
- Selecteer het juiste equalizergeluid.
•
Het geluid is te zacht.
- Pas het volume van het product of het externe apparaat aan.
•
Voor bepaalde modellen moet u externe luidsprekers apart aanschaffen omdat ze geen ingebouwde luidsprekers
hebben.
Overige problemen
•
De stroom wordt plotseling uitgeschakeld.
- Controleer of de automatische uitschakelfunctie is geactiveerd op de tijd die is ingesteld.
- De stroomvoorziening is niet goed. Controleer of de stroomkabel van het product correct is aangesloten.
- Controleer de instellingen voor stroomvoorziening.
-
Als de interne temperatuur van de behuizing stijgt, kan de stroom worden uitgeschakeld. Zorg ervoor dat u de
warmtewisselaar in de behuizing regelmatig reinigt.
Beeldretentie
•
Er verschijnt een nabeeld wanneer het product is uitgeschakeld.
- Indien u een stilstaand beeld langere tijd weergeeft, kunnen de pixels beschadigd raken. Gebruik de
schermbeveiliging.
- Weergave van een donker beeld na een beeld met hoog contrast (zwart-wit of grijs) heeft mogelijk beeldretentie
tot gevolg. Dit is normaal bij schermproducten.
•
Wanneer het LCD-scherm langere tijd een stilstaand beeld weergeeft, kan dit een voltageverschil veroorzaken tussen
de elektroden die de vloeibare kristallen regelen. Als het voltageverschil tussen de elektroden groter wordt, hebben
vloeibare kristallen de neiging in één richting uitgelijnd te blijven. Tijdens dit proces blijft een eerder weergegeven
beeld zichtbaar. Dit fenomeen wordt ook wel "beeldretentie" genoemd.
•
Beeldretentie treedt niet op als er continu bewegende beelden worden weergegeven maar kan optreden als er langere
tijd een stilstaand beeld wordt weergegeven. Het wordt daarom aanbevolen dat u onderstaande instructies volgt
om de kans te verkleinen dat er beeldretentie optreedt als er een stilstaand beeld wordt weergegeven. Het wordt
aanbevolen dat u het scherm minimaal elke 12 uur wijzigt; als u dit vaker doet, kunt u beeldretentie nog effectiever
voorkomen.
49