2.
Plaats de SIM-kaart(en) en de geheugenkaart op de juiste manier in de
kaartsleuf.
2. Plaats als laatste de batterij en daarna de achterklep van de telefoon terug.
Opmerking 1: De telefoon ondersteunt de functie Plaats-Verwijder.
Opmerking 2: De micro SIM-kaart is een klein voorwerp; houdt het uit de buurt van
kinderen om inslikken te voorkomen. Raak het metalen gedeelte van de micro SIM-
kaart niet aan en houdt het uit de buurt van elektromagnetische omgevingen om
dataverlies te voorkomen. Indien de micro SIM-kaart beschadigd raakt, kunt u geen
verbinding maken met het netwerk.
Opmerking 3: Gebruik een originele micro SIMkaart, anders kunt u uw telefoon
beschadigen.
De oplader
1. Sluit de oplader aan op de telefoon.
2. Steek daarna de stekker van de oplader in het stopcontact; het opladen zal starten en
het oplaad-symbool zal bewegen.
3. Indien het oplaad-symbool niet meer beweegt, dan is de batterij helemaal
opgeladen.
4.
Koppel de oplader los van het stopcontact en van de telefoon. Opmerking: het is
normaal dat de oplader warm wordt tijden het opladen.
4. Aan de slag
4.1 De telefoon in- en uitschakelen
• Schakel uw telefoon in: Houd de aan/uit-toest ingedrukt om het apparaat in te
schakelen
• Schakel uw telefoon uit:
1.Houd de aan/uit toets even ingedrukt en tik op de optie 'Uitschakelen' die is
verschenen.
2.Indien de uitschakel-opties zijn verschenen, kunt u uw telefoon ook direct
uitschakelen door 10 sec de aan/uit toets ingedrukt te houden.