5-
Leid de schoudergordel door de
gordelklemmen. Let er op dat de
gordel niet gedraaid zit (4).
6-
Druk het zitje stevig in de autostoel.
Het zitje is nu klaar voor gebruik.
7-
Een strakke installatie is zeer
belangrijk voor voorwaarts
gerichte zitjes. Trek de
autogordel als volgt aan: Trek
de schoudergordel omhoog (A).
Houd de schoudergordel bij B
stevig vast. Sluit de gordelklem
aan de binnenzijde C. Trek aan het
bovenste gordeldeel en sluit de
gordelklem D (4).
8-
Duw de gordelspanner in de door
de pijl aangegeven richting om
de autogordel zo strak mogelijk
aan te spannen (5).
9-
Controleer of de autogordel zo strak mogelijk zit. Herhaal
de procedure als de autogordel niet strak zit.
10-
Duw de hoofdsteun in de juiste positie (zie 'Het kind
plaatsen' op blz. 7). Het zitje is nu klaar voor gebruik.
6
D
C
B
A
(4)
(5)
Het zitje verwijderen
1-
Haal de spanning van de autogordel door de gordelspanner
terug te draaien.
2-
Duw als het zitje op de achterstoel is geïnstalleerd de
voorstoel zo ver mogelijk naar voren.
3-
Maak de gordelklemmen los en ontgrendel de sluiting van
de autogordel.
4-
Verwijder de autogordel en haal het zitje uit de auto.
Het kind plaatsen
1-
Controleer of de hoogte van de
schoudergordels gelijk is aan de
schouderhoogte van het kind (6).
2-
De hoogte van de
schoudergordels en de
hoofdsteun kan versteld worden
door de bedieningshendel van
de hoofdsteun te ontgrendelen,
houd de hoofdsteun rechtop en
duw de hoofdsteun naar beneden
te duwen (7).
(6)
te hoog
te laag
goed
(7)
7
7