Normaal opladen
Controleer eerst of de spanning waarop u de acculader wilt aansluiten met die van de
acculader overeenkomt. Sluit daarna pas de acculader op de stroombron aan.
Laad de accu de eerste keer vóór gebruik 12 uur lang op. Plaats de accu hiertoe in de
acculader. Het rode lampje moet gaan branden. Dit geeft aan dat de acculader snel oplaadt.
Na ca. 1 uur mag het snellading-lampje niet meer branden, waarmee aangegeven wordt dat
de accu volledig is opgeladen. Het druppelladinglampje moet nu groen oplichten, waarmee
aangegeven wordt dat de acculader op druppelladingmodus is overgeschakeld. U kunt de
accu nu tot aan gebruik op druppellading laten staan. Koppel de acculader los van de
stroombron, zodra deze niet meer wordt gebruikt.
Accu plaatsen / verwijderen
Plaats de accu met de polen naar voren in de acculader.
Dit geschiedt door de beide drukknoppen links en rechts op de accu tegelijkertijd in te
drukken.
Leeg patroon verwijderen
1. Schroef de gehele perskop van het persframe los.
2. Om een leeg patroon te verwijderen: trek de zuigerstang er aan de T-greep compleet uit,
totdat de manchet uit de vetpatroon er compleet uitgetrokken is en de zuigerstang vast-
klikt. Laat dan de T-stang voorzichtig los om het lege patroon uit het persframe te verwij-
deren.
Patroon plaatsen
1. Trek de zuigerstang aan de T-greep terug en laat deze bij de uitfrezing vastklikken.
2. Verwijder de plastic kap van het patroon en draai het patroon in het persframe.
3. Verwijder de trekneus en schroef de perskop op het persframe.
4. Ontgrendel de T-stang. Verwijder de lucht uit de pers (zie handleiding voor het verwijde-
ren van de lucht).
8