Extra aanduidingen voor de brandalarmstatus zijn:
•
De indicatie-LED Alarm op de centrale knippert als het alarm is geactiveerd
door een detector, of brandt continu als het is geactiveerd door een
handbrandmelder.
•
Indien een groepskaart is geïnstalleerd en de desbetreffende groep bevindt
zich op de groepskaart, knippert of brandt de indicatie-LED van de groep
(afhankelijk van de bron van het alarm).
•
Als er een signaleringsvertraging is ingeschakeld, brandt de indicatie-LED
Signalering vertraging continu.
•
De indicatie-LED Signaalgevers Vertraging knippert terwijl de vertraging
actief is.
•
De indicatie-LED Signaalgevers Aan/Stop geeft de status van de knop
Signaalgevers Aan/Stop (uitgeschakeld, niet uitgeschakeld) en de status
van de signaalgevers aan (zie Tabel 2 op pagina 4 voor meer informatie).
•
Als er een doormeldvertraging is ingeschakeld, brandt de indicatie-LED
Doormelding vertraging in. De indicatie-LED Doormelding Vertraging knippert
terwijl de vertraging actief is.
•
Wanneer doormelding is geactiveerd, knippert de indicatie-LED Doormelding
Aan/Bevestigd. Als dit als zodanig is geconfigureerd door uw installatie- of
onderhoudsbedrijf, geeft een continu brandende indicatie-LED Doormelding
Aan/Bevestigd aan dat het doormeldsignaal is bevestigd door de externe
centrale.
•
Als er een besturingsapparaatvertraging is ingeschakeld, brandt de indicatie-
LED Besturingsapparaat vertraging continu. De indicatie-LED
Besturingsapparaat Vertraging knippert terwijl de vertraging actief is.
•
Wanneer het besturingsapparaat is geactiveerd, knippert de indicatie-LED
Besturingsapparaat Aan/Bevestigd. Als dit als zodanig is geconfigureerd door
uw installatie- of onderhoudsbedrijf, geeft een continu brandende indicatie-
LED Besturingsapparaat Aan/Bevestigd aan dat het
besturingsapparaatsignaal is bevestigd door de externe centrale.
•
Alarminformatie voor de eerste en laatste groepen die een alarm rapporteren
wordt weergegeven op de LCD.
•
De zoemer van de centrale klinkt continu.
Alarmen die door een handbrandmelder worden geactiveerd krijgen voorrang op
alarmen die door een automatische detector worden geactiveerd. Wanneer een
alarm door beide melders wordt geactiveerd, blijft de indicatie-LED Alarm continu
branden.
ZP2-F Series brandmeldcentrale Bedieningshandleiding
13