De kachel zal op de ingestelde stand gaan branden indien de ingestelde temperatuur nog niet
bereikt is.
Wilt u de ruimte dus snel verwarmen kies dan voor een hoge stand. Wilt u de ruimte
langzamer op temperatuur krijgen of een stillere stand kiezen, kies dan voor een lage stand.
De kachel zal de ingestelde vermogensstand onthouden en weer op deze stand gaan branden
zodra de gemeten ruimtetemperatuur onder de ingestelde temperatuur is gezakt.
ACHTERKANT VAN DE KACHEL
Achter op de kachel bevinden zich:
(1) de hoofdschakelaar
(2) de connector voor aansluiting van het netsnoer
(3) de electrische overbelastingsbeveiliging/zekering
(4) de thermostatische beveiliging
(5) de temperatuursensor.
Middels de hoofdschakelaar kunt u de kachel uit zetten
als u deze lange tijd niet gebruikt.
De thermostatische beveiligingsknop is beschermd
middels een schroefdop. Als de kachel te warm
geworden is (ALARM SIC FAIL) dient u deze knop in te
drukken om de kachel weer te kunnen gebruiken.
De temperatuursensor bevind zich aan een ca. 40 cm lang snoertje. Deze kunt u bevestigen
op een plek waar de gemeten temperatuur het meest representatief is voor de ruimte (op
enige afstand van kachel of rookkanaal).