Menu-instellingen
Afbeelding Menu
PICTURE
Picture Mode
<
Contrast
Brightness
Colour
Tint
Sharpness
Colour Temp
<
Beeldmodus: Kies uit Standaard, Dynamisch, Gebruiker en Zacht.
Opmerking: Contrast, Helderheid, Kleur en Scherpte zijn alleen beschikbaar en aan te passen in de optie
Gebruikermodus in de instelling Beeldmodus.
Contrast: Regelt het verschil tussen de helderste en donkerste delen van het beeld.
Helderheid: Regelt de algemene helderheid van het beeld.
Kleur: Regelt de kleur.
Scherpte:
Verhoog deze instelling om scherpere randen te zien in het beeld; verlaag het voor zachtere randen.
Tint: Regelt de tint (alleen NTSC-modus).
Kleurtemp: Kies uit Warm, Persoonlijk, Koud en Normaal
Rood: Regelt de rode kleur van het beeld.
Groen: Regelt de groene kleur van het beeld.
Blauw: Regelt de blauwe kleur van het beeld.
Ruisonderdrukking: Stel hier de ruisonderdrukking in op Uit, Laag, Medium of Hoog.
Scherm:
(Alleen beschikbaar in PC-modus) Druk op de toets OK om het hoofdmenu te selecteren voor de
scherminstelling.
Dynamische CR: Beschikbare opties: Aan of Uit.
Gezichtkleur: Regelt de Gezichtkleur van het beeld.
MoCom (Bewegingcompensatie): Aan of Uit.
Aspectverhouding: Kies uit Auto, 4:3, 16:9, Zoom1, Zoom2 of Panorama.
Blauw scherm: Beschikbare opties: Aan of Uit.
PICTURE
Standard >
Noise Reduction
50
SCREEN
50
Dynamic CR
50
Face Color
50
MoCom
50
Aspect Ratio
Normal >
Blue Screen
>
Medium
>
<
On
>
<
0
>
<
On
>
<
Off
>
<
Off
>
DUT-19