Intelligent installatiemanagement
Eindpositie Status Indicator (ESI)
Door kort stoppen en verder lopen wordt gesignaleerd dat in de desbetreffende looprichting nog geen eindpositie ingesteld is.
Voltooiing van de installatie na automatisch instellen van de eindposities
De buismotor slaat de ingestelde eindposities permanent op, nadat elke eindpositie 3 x werd aangelopen. Daarna is de installatie
voltooid. Als een eindpositie via een punt wordt ingesteld, dan is dit onmiddellijk vast opgeslagen.
Instellen van de eindposities
De eindposities kunnen alleen via de masterzender worden ingesteld. De draairichting
moet kloppen. De buismotor loopt bij de instelling van de eindposities in dodemansbedrijf
met ESI. De bovenste eindpositie moet altijd eerst ingesteld worden. Bij de bovenste eind-
positie moet erop gelet worden, dat het rolluikpantser niet uit de zijgeleiders getrokken
wordt.
Bij de eerste installatie, het gebruik van veren en de eindpositie-instelling "...naar aanslag
beneden" draait de wikkelbuis in de onderste eindpositie ca. 1/4 slag verder dan gebruike-
lijk. Daardoor herkent de buismotor automatisch het gebruik van omhoogschuifbeveiligin-
gen of veren. De buismotor schakelt vanzelf uit.
Opgelet
Bij gebruik van de buismotor zonder de meenemer voor hindernisherkenning moet bij ge-
bruik van veren in de onderste eindpositie een punt worden ingesteld.
Er zijn 4 mogelijkheden voor het instellen van de eindpositie:
• Aanslag boven naar aanslag beneden
• Punt boven naar punt beneden
• Aanslag boven naar punt beneden
• Punt boven naar aanslag beneden
Schakelt de buismotor bij het instellen van de eindposities in de gewenste eindpositie vanzelf uit, dan is deze definitief ingesteld
nadat ze 3 keer bereikt werd.
Aanslag boven naar aanslag beneden
Punt boven naar punt beneden
Bij deze instelling van de eindposities vindt geen compensatie van de rolluikpantser-/zon-
weringslengte plaats.
Laat de motor tegen de bovenste, continu aanwezige aanslag lopen.
▻ De buismotor schakelt vanzelf uit.
Laat daarna de motor tegen de onderste, continu aanwezige aanslag lopen.
▻ De buismotor schakelt vanzelf uit.
► De eindposities zijn ingesteld.
Laat de motor naar de gewenste bovenste eindpositie lopen.
Druk nu eerst op de programmeertoets en binnen 3 seconden ook op de OP-toets en
houd de beide toetsen ingedrukt.
▻ De bevestiging geschiedt door een „klik"-geluid van de buismotor.
Laat vervolgens de motor naar de gewenste onderste eindpositie lopen.
Druk nu eerst op de programmeertoets en binnen 3 seconden ook op de NEER-toets
en houd de beide toetsen ingedrukt.
▻ De bevestiging geschiedt door een „klik"-geluid van de buismotor.
► De eindposities zijn ingesteld.
15