Installatie van de buitenunit
5.
Het systeem vullen met koelmiddel.
Controleer eerst of het te gebruiken koelmiddel overeenkomt met het koelmiddel op het typeplaatje.
Voorzorgsmaatregelen wanneer R410A wordt toegevoegd
Vul het systeem via de vloeistofleiding met vloeistof.
Omdat het een koelmiddel een mengsel is, zal de samenstelling van het koelmiddel veranderen wanneer het koelmiddel in
gasvorm wordt toegevoegd, waardoor het systeem niet normaal zal werken.
1) Controleer, voordat u begint met het bijvullen, of de cilinder een sifon heeft of niet. (Let op een melding als "liquid filling
siphon attached" of vergelijkbare melding.)
Vullen met een cilinder met een sifon
Houd de cilinder rechtop tijdens
het vullen.
• Gebruik altijd dezelfde gereedschappen bij het verwerken van R410A om te voorkomen dat vreemde substanties in het
systeem terecht kunnen komen.
Belangrijke informatie over het gebruikte koelmiddel
Dit product bevat gefluoreerde broeikasgassen die onder het
Kyoto-protocol vallen. Laat de gassen niet vrij in de atmosfeer.
R410A
Koelmiddeltype:
(1)
1975
GWP
waarde:
(1)
GWP = Global Warming Potential (globaal opwarmingspotentieel)
Schrijf met onuitwisbare inkt,
de hoeveelheid koelmiddel van het product gevuld in de fabriek,
1
de lokaal bijgevulde extra hoeveelheid koelmiddel en
2
de totale hoeveelheid koelmiddel
1 + 2
op het bij het product geleverde label voor de hoeveelheid koelmiddel.
OPMERKING
Volgens de nationale toepassing van de EU-regelgeving over bepaalde gefluoreerde broeikasgassen kan het vereist zijn om de
informatie op het apparaat te voorzien in de officiële nationale taal. Daarvoor wordt bij het apparaat een bijkomend meertalig label
over gefluoreerde broeikasgassen geleverd.
Op de achterzijde van dat label vindt u de kleefinstructies.
6.
Koelmiddelleidingen.
6-1 Waarschuwingen betreffende het omgaan met de pijpen.
1) Bescherm het open eind van de pijp tegen stof en vocht.
2) Alle bochten in de pijpen moeten zo geleidelijk mogelijk zijn.
Gebruik een pijpenbuiger.
6-2 Keuze van koper en warmte isolatiemateriaal.
Indien u gebruik maakt van koperen leidingen en fittingen uit de
handel, dient u het volgende in acht te nemen:
1) Isolatiemateriaal: Polyethyleen schuim
Warmtegeleiding: 0,041 tot 0,052W/mK (0,035 ot 0,045kcal/(mh •°C))
Het oppervlak van de leidingen uit het koelcircuit kan een maximumtemperatuur van 110°C bereiken.
Kies isolatiemateriaal dat bestand is tegen een dergelijke temperatuur.
2) Let er op dat u zowel de gas- als de vloeistofpijp isoleert en neem de volgende
afmetingen in acht.
Gas-zijde
Buitendiameter
9,5mm
Minimale buigingshoek
30mm of meer
Dikte 0,8mm (C1220T-O)
3) Gebruik aparte thermische isolatiepijpen voor de gas- en vloeistofpijpen.
nNederlands
In de cilinder is een sifon aanwezig,
waardoor u deze niet ondersteboven
hoeft te houden.
Vloeistof-zijde
thermische isolatie
Buitendiameter
Binnendiameter 12
6,4mm
Vullen met andere cilinders
Het ingevulde label moet in de buurt van de
vulpoort van het product worden aangebracht (bijv.
op de binnenzijde van het deksel van de afsluiter).
6
5
Gaspijp
Vloeistofpijp
thermische isolatie
Binnendiameter
- 15mm
8 - 10mm
Dikte minimaal 10mm
Houd de cilinder ondersteboven
tijdens het vullen.
1 hoeveelheid koelmiddel van het
product gevuld in de fabriek:
zie naamplaatje van de unit
2 lokaal bijgevulde extra
hoeveelheid koelmiddel
4
3 totale hoeveelheid koelmiddel
1
4 Bevat gefluoreerde
broeikasgassen die onder het
Kyoto-protocol vallen
2
5 buitenunit
3
6 koelmiddelfles en verdeelstuk
voor vullen
Dek af met
een dop.
Regen
Heeft u geen dop,
dek de opening dan
af met een stuk
plakband om water
of vuil te weren.
Gaspijp
Gaspijp-isolatie
Afwerkband
Muur
Verbindingsdraden
Vloeistofpijp
Vloeistofpijp-isolatie
Afvoerslang
7