1
2
8-3
8.1.4 Sluiten van de ruit
Sluit de ruit nadat deze schoon is. Ga als volgt te werk voor het sluiten van de ruit. Het plaatsen van de ruit gaat in
omgekeerde volgorde van het verwijderen zoals in 8.1.1 t/m 8.1.3 is beschreven (Zie afb. 8-1, 8-2 en 8-3):
3
Vermijd/verwijder vingerafdrukken op de ruit, omdat deze inbranden.
1
Pak de ruit in het midden aan de linker en rechterzijde vast. Plaatst de ruit in ongeveer een hoek van ongeveer 45° met de
onderste nokken van de ruit in de geleiders (Zie afb. 8-2).
1
Laat de ruit zakken zodat de bovenste nokken op de inloop van de geleiders valt. Til de ruit voorzichtig om om de ruit in
de parkeerstand te laten zakken.
3
Zorg voor de onderstaande punten, voordat de ruit gesloten wordt, om beschadigen aan de ruit te voorkomen:
- Zorg dat de beugel nog goed om de onderkant van de ruit zit.
- Zorg dat er geen vuil tussen de ruit en het toestel zit.
1
Druk de ruit eerst op de bovenste hoeken op zijn plek en houd vervolgens de ruit met 1 hand vast en vergrendel de ruit
door de handel 180° rnet de klok mee te draaien (Zie afb. 8-1 stap 3)
3
Door de ruit met één hand aangedrukt te houden wordt voorkomen dat de ruit beschadigd en voorkomt dat de nokjes
niet over de ruit zit en deze niet goed dicht.
1
Draai het borgbeugeltje weer op zijn plek en draai de bout weer aan (zie afb 8-1 stap 1).
Ins tal lati ehandleiding
30
3
4
38C-2711