potentiaalvrije sensoren maakt het niet uit welke draad op welke aansluitklem zit.
Bij een analoge sensor dient de "+" op de "+" te worden aangesloten, evenals de "-"
op de "-".
Een tweede externe sensor kan worden aangesloten op ingang 2.
De ingangen zijn standaard als Analoog (AN) ingesteld. Dit betekent dat ze een
voltagesignaal verwachten. Als een alarmgrens is ingesteld en de gemeten waarde
komt langer dan 1 seconde buiten de grens, volgt een alarm. Indien een ingang
langer geactiveerd dient te zijn alvorens een alarmmelding uitgaat, raadpleeg 5.8.
De ingangen kunnen ook als Normally Open (NO) of Normally Closed (NC)
ingesteld worden (zie 5.4).
3.3 PLAATS DE BATTERIJEN
Plaats de twee batterijen (CR123) in de module. Gebruik de +/- indicatie voor
correcte plaatsing.
3.4 SLUIT EEN EXTERNE SPANNINGSBRON AAN (OPTIONEEL)
Hoewel de Mobeye CML2055 ontworpen is om op batterijen te werken, is het
mogelijk om de module met externe stroomvoorziening te verbinden. De GSM-
module heeft dan altijd netwerkverbinding. Indien de stroom uitvalt, zullen de
batterijen het functioneren overnemen en volgen de stroomuitvalmeldingen. De
CML2055 gaat dan naar de 'low power'-modus, wat betekent dat hij enkel GSM-
netwerkverbinding zal maken om een alarmmelding, testmelding of 'battery low'-
melding te sturen.
Steek de draden van de adapter (of een
gereguleerde 12V stroomvoorziening) in de
connectoren (druk tegelijk het bijbehorende
groene pinnetje in):
- de V+ (zwarte draad met witte band) op "+"
- de 'aarde' (zwarte draad) op "-"
7