Inhoudsopgave
Advertenties
LAssen MeT LAssPUITsTUKKen MeT hooG VeRMoGen
- Schroef het gewenste lasspuitstuk op de kop van de mengbuis van het spuitstuk.
- De grootte van de vlam moet aangepast zijn aan de dikte van het materiaal, de naadvorm, de laspositie en
de geleidbaarheid van warmte van het materiaal. Om staal te lassen met een hogere materiaaldikte draait u
beide kleppen ver open en bij het lassen van staalplaten met een beperkte materiaaldikte, draait u ze weer
wat dicht.
- Zodra het metaal en de naad die ontstaat beginnen te smelten, brengt u de lasstaaf erbij. Let er daarbij
op dat de lasplaats gelijkmatig wordt verwarmd. Hiervoor stuurt u de brander in halvecirkelvormige
bewegingen rond de lasstaaf.
Aanbevolen:
Beweeg de vlam in een halve cirkel om de lasstaaf heen. Door zacht te pendelen wordt de lasbrander
licht heen en weer geleid en de lasstaaf in een rechte lijn voor de vlam door bewogen. Het lasspuitstuk
moet daarbij in een hoek van 40°-45°, de lasstaaf moet ca. 30° tegenover het oppervlak van het werkstuk
gehouden worden. De afstand tussen het werkstuk en de vlamkegel moet ca. 2 mm bedragen, omdat de
hoogste temperatuur zich in de vlamkegel en zo het lasbad het beste beschermd is tegen oxidatie.
GeBRUIK VAn heT sPUITsTUK
(Afbeelding 8)
- Schroef daarna de mengbuis van het spuitstuk af met de dopmoer.
- Daarna schroeft u de adapter van het microspuitstuk op de dopmoer van de mengbuis van het spuitstuk
rechtstreeks op de brandergreep. De adapter van het microspuitstuk bestaat uit de adapterkop en de
adaptertule. De adaptertule wordt vastgeschroefd aan de dopmoer. Daarvoor kiest u het gewenste
microspuitstuk en steekt u dat in de koeler van de adapterkop. Dan schroeft u de adapterkop op de
adaptertule om het microspuitstuk te beschermen.
hARdsoLdeRen
- Voordat u met het hardsolderen begint, moet u de verbindingsvlakken reinigen met polijstdoek en de
uiteinden ontbramen. De lasplaats moet altijd gelijkmatig voorverwarmd worden. Daarna tamponneert u
de punt van de soldeerstaaf op de soldeerplaats. Het soldeer trekt door de capillaire werking automatisch in
de opening en dicht de soldeerplaats op voorwaarde dat de materiaaltemperatuur juist is.
Let op: Als de soldeertoevoeging geen vloeibaar middel bevat, moet dat voor het verwarmen van het
werkstuk apart aangebracht worden op de soldeerplaats.
Tijdens het solderen ontstaan er giftige gassen. Let erop dat er een goede afzuiginstallatie aanwezig is, die de
gassen effectief kan afzuigen en filteren.
BeëIndIGen VAn de WeRKZAAMheden – UITsChAKeLen VAn de
BRAndeR
- Sluit eerst de brandgasklep en daarna de zuurstofklep aan de handgreep.
- Sluit alle andere kleppen.
- Open kort elke klep een voor een aan de handgreep (niet samen, omdat er anders knalgas ontstaat), zodat
de slangen weer drukloos zijn. Daarna sluit u ze weer. Voorzichtig! De brander kan heet zijn.
- Verwijder de zuurstofdrukverminderaar en de gasklep van de betreffende containers. Indien nodig moet de
regelschroef aan de drukverminderaar met manometer eruit worden gedraaid.
9
Advertenties
Inhoudsopgave
