Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Aansluiten Kanalen - Orcon HRC-BRPH-15 Series Handleiding Voor De Installateur

Inhoudsopgave

Advertenties

Montage wandframe
Het montageframe van de HRC kan aan de wand worden
bevestigd met behulp van de meegeleverde bouten en
pluggen. Het toestel dient waterpas te worden geplaatst.
Bij de montage moet het toestel zodanig worden geplaatst,
dat contactgeluiden worden vermeden (geen gipswanden),
bij voorkeur aan een stenen muur (200 kg/m2). Zorg voor
een vrije ruimte van minimaal 80 cm aan de voorzijde van
het toestel in verband met schoonmaken van de filters
en onderhoud aan het toestel. Onder het montageframe
dient een vrije ruimte te zijn van minimaal 100 cm voor de
condens afvoer.
De opstellingsruimte moet ten alle tijden vorstvrij zijn.

5.3 Aansluiten kanalen

Als het montageframe is gemonteerd kunnen de kanalen worden gemonteerd. Aan één zijde van de unit komen
de kanalen van en naar de woning, aan de andere zijde de kanalen van en naar buiten. Om condensatie op de
buitenzijde van het buitenlucht toevoerkanaal en het luchtafvoerkanaal vanaf de HRC te voorkomen, dienen deze
kanalen tot op het toestel altijd uitwendig dampdicht te worden geïsoleerd. Bij voorkeur worden vooraf geïsoleerde
kunststof kanalen van PE of PUR gebruikt, probeer deze kanalen zo kort mogelijk te houden.
Geadviseerd wordt om de kanalen van en naar de woning aan te sluiten op het toestel d.m.v. starre geluiddempers
met een minimale lengte van 100 cm. Denk er bij de dimensionering van de kanalen aan, dat er niet te veel
energie verloren gaat bij het transport van de lucht door te nauwe kanalen. Het verdient de voorkeur om de totale
weerstand van zowel het toevoersysteem als het afvoersysteem niet boven de 100 Pascal uit te laten komen.
Het toevoerkanalen systeem zo uitvoeren dat in de nominale stand aan NEN 1070, tabel 4 wordt voldaan. Denk
hierbij aan overspraak en installatiegeluid, ook bij instortkanalen. De toevoerkanalen zonodig isoleren, b.v. indien
deze buiten de geïsoleerde schil worden aangebracht.
Afbeelding 5.
Afvoer en toevoer kanaal zodanig door het dakbeschot voeren dat er geen condenswater in het dakbeschot
ontstaat; tevens het afvoerkanaal tussen de HRC en de dakdoorvoer zodanig uitvoeren dat oppervlakte condensatie
wordt voorkomen. De plaats van de afvoer van de mechanische ventilatielucht en rioolontluchting zo kiezen t.o.v.
de toevoer dat er geen hinder ontstaat.
Afbeelding 6.
A = Geen ontluchting in de nabijheid van de aanzuig-
toevoerlucht.
B = Ventilatie toevoer mogelijkheid bij einde dakvlak
C = Luchttoevoer
D = Geventileerde nokconstructie
E = Toe- en afvoerkanalen flexibel geïsoleerd aansluiten
F = HRC (waterpas opstellen)
G = Condensafvoer aansluiten volgens installatie-voor
schrift
H = Toe- en afvoerkanalen akoestisch geïsoleerd
aansluiten
I = Luchtafvoer
De plaats van de toevoerventielen zodanig kiezen dat vervuiling en tocht
worden voorkomen.
A = Afvoerventiel ø125 kunststof (MKL) of metaal (EFF-125)
B = Toevoerventiel ø100 (TFF-100) of ø125 (TFF-125)
a = Spleet onder de deur van 2 cm. Voldoende overstroomopeningen
aanbrengen, zie NEN 1087
Afbeelding 4.
5

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Hrc-300-brph-15Hrc-400-brph-15

Inhoudsopgave