Verkeerde reiniging beschadigt de oppervlakken.
Reinigingsinstructies in acht nemen.
▶
Geen scherpe of schurende reinigingsmiddelen ge-
▶
bruiken.
Roestvrijstalen oppervlakken uitsluitend reinigen in
▶
de slijprichting.
Nooit bedieningselementen met reinigingsmiddelen
▶
voor roestvrij staal reinigen.
Teruglopend condenswater kan het apparaat beschadi-
gen.
Het afvoerluchtknaal moet vanaf het apparaat met
▶
minstens 1° helling zijn geïnstalleerd.
3 Milieubescherming en besparing
3.1 Afvoeren van de verpakking
De verpakkingsmaterialen zijn milieuvriendelijk en kun-
nen worden hergebruikt.
De afzonderlijke componenten op soort gescheiden
▶
afvoeren.
3.2 Energie besparen
Als u deze aanwijzingen opvolgt, verbruikt uw apparaat
minder stroom.
Pas de ventilatiestand aan de intensiteit van de kook-
damp aan.
¡ Een lagere ventilatiestand betekent minder energie-
verbruik.
Gebruik de intensiefstand alleen wanneer dit nodig
is.
4 Functies
U kunt uw apparaat gebruiken in de luchtafvoermodus
of in de luchtcirculatiemodus.
De verzadigingsindicatie moet passend bij de gekozen
gebruiksmodus en de gebruikte filters worden inge-
steld.
Milieubescherming en besparing nl
Als u designelementen verkeerd belast, kunnen deze
afbreken.
Niet aan designelementen trekken.
▶
Geen voorwerpen op designelementen plaatsen of
▶
eraan ophangen.
Beschadiging van het oppervlak doordat de bescherm-
folie niet verwijderd is.
De beschermfolie voor het eerste gebruik verwijde-
▶
ren van alle apparaatonderdelen.
Gelakte oppervlakken zijn gevoelig.
Reinigingsinstructies in acht nemen.
▶
→ "Apparaat schoonmaken", Pagina 7
Gelakte oppervlakken tegen krassen beschermen.
▶
Kies bij intensieve kookdampen op tijd een hogere
ventilatiestand.
¡ De geuren verdelen zich minder in de ruimte.
Schakel de verlichting uit wanneer deze niet langer
nodig is.
¡ Als de verlichting is uitgeschakeld, verbruikt deze
geen energie.
De filter met de opgegeven intervallen reinigen of ver-
vangen.
¡ De effectiviteit van het filter blijft behouden.
Het kookdeksel erop plaatsen.
¡ De kookdampen en de condens verminderen.
Gebruik de extra functies alleen indien nodig.
¡ Het uitschakelen van de extra functies reduceert
het stroomverbruik.
4.1 Gebruik met afvoerlucht
De aangezogen lucht wordt door de vetfilters gereinigd
en via een buizensysteem naar de buitenlucht afge-
voerd.
De lucht mag niet worden afgevoerd in
een schoorsteen die wordt gebruikt
voor afvoergassen van apparaten be-
stemd voor het verbranden van gas of
andere brandstoffen (dit geldt niet voor
ventilatieapparatuur).
¡ Komt de afvoerlucht terecht in een
rook- of afvoergasschoorsteen die
niet in gebruik is, dan dient hiervoor
toestemming van een vakbekwame
schoorsteenveger te worden verkre-
gen.
¡ Wordt de afvoerlucht door de buiten-
muur geleid, dan raden wij u aan
een telescoop-muurkast te gebrui-
ken.
5