Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

De Accu Opladen; Foutopsporing - WHILL F Bedieningshandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

6.

De accu opladen

De accu in het voertuig laden
1
Rijd het voertuig tot vlak bij het stopcontact en schakel de apparaatvoeding uit.
Sluit het netsnoer aan op de oplader.
Steek de stekker van de oplader in het stopcontact. De indicator oplader gaat rood branden.
Verwijder het kapje van de acculaadpoort en sluit de DC-stekker aan op de
oplaadpoort. De indicator oplader gaat groen knipperen en het laden begint.
Wanneer de indicator oplader continu groen gaat branden, is de accu volledig opgeladen.
Koppel de DC-stekker los van de accu en trek de stekker van de oplader uit het
stopcontact. Breng het kapje weer aan op de acculaadpoort.
De accu buiten het voertuig laden
2
Controleer of de apparaatvoeding is uitgeschakeld en druk op de ontgrendelknop
Pak het handvat vast en trek eraan om de accu te verwijderen.
Sluit het netsnoer aan op de oplader. Steek de stekker van de oplader in het stopcontact.
Verwijder het kapje van de acculaadpoort en sluit de DC-stekker erop aan.
De indicator oplader gaat groen knipperen en het laden begint.
De accu is volledig opgeladen wanneer de indicator oplader en de accu-LED
continu groen gaan branden.
Koppel de DC-stekker los van de accu en
trek de stekker daarna uit het stopcontact.
·Om brandwonden te voorkomen, mag u de accu en de oplader tijdens het
laden niet aanraken.
·Laad de accu altijd binnenshuis op.
·Gebruik alleen de speciaal voor het voertuig bedoelde accu en oplader.
9
accuvergrendeling.
7.

Foutopsporing

Bij sommige storingen van het voertuig verschijnt er een foutcode op het LED-scherm.
Als er een niet-gespecificeerde fout wordt weergegeven of als het probleem niet kon worden
verholpen met de foutopsporing, neem dan contact op met uw dealer of met de klantenservice.
Gedrag van
het voertuig
Het rechts
getoonde
pictogram wordt
weergegeven.
Accu-
laad-
poort
De maximale
snelheid
neemt af.
De maximale
snelheid
herstelt zich.
Het rechts
getoonde
pictogram wordt
weergegeven.
Het voertuig gaat
niet aan. Het
LED-scherm gaat
niet aan.
Foutcode
Oorzaak
De controller is bediend
terwijl het voertuig
ingeklapt was.
De joystick stond niet in de
neutrale stand toen het
voertuig werd ingeschakeld.
De remhendels zijn gelost.
De oplader werd aangesloten
terwijl het voertuig was
ingeschakeld, of het voertuig
werd ingeschakeld toen de
lader was aangesloten.
Het laadniveau van de accu
is laag.
De accutemperatuur is
aanzienlijk gedaald.
De accutemperatuur is
hoger geworden dan 0 °C
(32 °F).
De batterij van de chipsleutel
is bijna leeg.
Het laadniveau van de
N.v.t.
accu is laag.
De accu zit niet goed in het
accucompartiment in het
achterste wielstel.
De kabelstekker aan de
achterkant van de zitting is
losgeschoten.
Oplossing
Ontgrendel het voertuig
en schakel het weer in.
Zet het voertuig weer aan
zonder de joystick aan te
raken.
Vergrendel de remmen en
zet het voertuig weer aan.
Koppel de oplader los van
de accu.
Laad de accu op.
Bewaar de accu op
kamertemperatuur of bij
minimaal 0 °C (32 °F) en
gebruik de accu niet als dez
e kouder dan 0 °C (32 °F) is.
Vervang de batterij van de
chipsleutel.
Laad de accu op.
Steek de accu volledig in het
accucompartiment.
Verwijder de accu, wacht 10
seconden en duw de accu
dan weer in het
compartiment.
Sluit de kabelstekker aan.
10

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave