2.6.2.
Wanneer de zender in THERMO modus wordt geplaatst zal uw toestel ontsteken/doven afhankelijk van de gewenste
omgevingstemperatuur (rond de zender).
OPMERKING:
Om veelvuldig ontsteken/doven van uw toestel te voorkomen
zal er enkel om de twee minuten een temperatuursmeting
plaatsvinden. Het temperatuur- verschil tussen aan/uitgaan is
ook afhankelijk van de ingestelde SWING
(cfr. Hoofdstuk SWING).
2.6.3.
Druk MODE tot er PROGRAM verschijnt.
Het LCD scherm vertoont volgende gegevens:
Periode waarin u zich bevindt (morn/day/eve/nite) afhankelijk van het ingestelde programma
ON/OFF of het toestel brandt of niet.
De omgevingstemperatuur (TEMP).
De gewenste geprogrammeerde temperatuur voor deze periode (SET).
FLAME/FLAME HI geeft aan of het toestel in kleinstand of grootstand zal functioneren.
FAN – LOW MED HI bepaalt de snelheid van de ventilator
Het toestel zal nu volautomatisch functioneren afhankelijk van het ingestelde weekprogramma.
2.6.4.
Deze instelling is mogelijk in volgende modi: ON – THERMO – PROGRAM
Om de vlamhoogte van de hoofdbrander te veranderen
drukt u op de FLAME toets, nogmaals op FLAME drukken
keert u terug naar de oorspronkelijke stand. Bij kleinstand
verschijnt er FLAME samen met één vlam, bij grootstand
FLAME HI samen met twee vlammen.
Thermostatisch (on/off gekoppeld aan thermostaat)
FAN
FLAME
MODE
PROGRAM
SET
REVIEW
RETURN
TIME
TIMER
AHEAD
BACK
Automatisch (program)
Instellen kleinstand/grootstand hoofdbrander
1. Druk MODE tot er THERMO verschijnt.
2. Stel de gewenste temperatuur in door middel
van de UP/DOWN toetsen (minimum 6°C
maximum 32°C). De zender zal om de twee
minuten een temperatuursmeting doen en
vervolgens
uw
+
(afhankelijk van de door u ingevoerde SET
UP
temperatuur).
3. Het
regime
-
(kleinstand/grootstand) kan nu ingesteld worden
DOWN
door op FLAME te drukken. Eénmaal ingesteld
zal uw toestel in deze stand blijven functioneren
zolang er niet van modus veranderd wordt. Drukt
u op MODE om de werkingsmodus te
veranderen zal uw toestel automatisch opnieuw
in kleinstand functioneren.
Voor toestellen uitgerust met ventilator kan men
4.
door middel van de FAN toets de snelheid
wijzigen. Hier geldt eveneens dat, zolang er niet
van bedrijfsmodus veranderd wordt, de ventilator
in de laatst ingestelde stand zal blijven
functioneren.
toestel
aan/uitschakelen.
van
de
hoofdbrander
FAN
FLAME
MODE
PROGRAM
SET
REVIEW
RETURN
TIME
TIMER
AHEAD
BACK
+
UP
-
DOWN
11