Bezig met scannen
•
Het ADF-indicatielampje begint te branden wanneer het papier correct is geplaatst.
2
Als u een document in de ADF-lade plaatst, dient u de papiergeleiders aan te passen.
3
Plaats het flashstation in de USB-poort aan de voorkant van de printer.
Opmerking: Het beginscherm voor het USB-station wordt weergegeven.
4
Selecteer de doelmap en raak Scannen naar USB-station aan.
Opmerking: De printer gaat terug naar het beginscherm na 30 seconden inactiviteit.
5
Pas de scaninstellingen aan en klik vervolgens op Scannen.
Het hulpprogramma ScanBack gebruiken
U kunt het Lexmark ScanBack
profielen voor het scannen naar een computer te maken. U kunt het hulpprogramma ScanBack downloaden
van de ondersteuningswebsite van Lexmark http://support.lexmark.com.
1
Een profiel voor scannen naar een computer instellen:
a
Open het hulpprogramma ScanBack.
b
Selecteer de printer.
Wanneer er geen printers worden weergegeven, neemt u contact op met uw systeembeheerder of klikt
u op Instellen om handmatig te zoeken naar een IP-adres of een hostnaam.
c
Volg de instructies op uw scherm om aan te geven welke documentsoort wordt gescand en welk type
uitvoer u wilt maken.
d
Geef een bestandsnaam voor het scanprofiel op en selecteer een locatie op uw computer.
e
Klik op Voltooien.
Er wordt een dialoogvenster weergegeven met uw scanprofielinformatie en de status van de ontvangen
afbeeldingen.
Opmerking: u kunt Snelkoppeling maken selecteren om een snelkoppeling voor de
scanprofielinstellingen op uw bureaublad te maken.
2
Scan uw originele documenten:
a
Plaats alle pagina's in de ADI of op de glasplaat.
b
Blader op het bedieningspaneel van de printer naar:
Wachttaken > Profielen en apps > selecteer uw scanprofiel
Opmerking: Uw gescande bestand wordt opgeslagen in een directory of geopend in de toepassing die u
hebt opgegeven.
Informatie over de scanopties
FTP
Met deze optie kunt u het IP-adres voor de FTP-bestemming invoeren.
Opmerking: Een IP-adres bestaat uit vier sets met cijfers gescheiden door punten, bijvoorbeeld
123.123.123.123.
TM
hulpprogramma gebruiken in plaats van de Embedded Web Server om
137