Knoppen en menu's van het bedieningspaneel van de
printer gebruiken
Bedieningspaneel van de printer gebruiken
In de volgende diagrammen worden de verschillende gedeelten van het bedieningspaneel van de printer aangegeven:
Programma
1
Aan/uit
2
Kopiëren
3
Scannen
4
Foto
5
Vorige
6
Kleur/Zwart
7
Starten
Knoppen en menu's van het bedieningspaneel van de printer gebruiken
1
2
ON
Setup
13
12
3
4
5
6
11
10
Functie
•
De printer in- en uitschakelen.
•
Overschakelen naar de spaarstand.
Opmerking: Als de printer is ingeschakeld, drukt u op
om over te schakelen naar de spaarstand. Houd
drie seconden ingedrukt om de printer uit te
schakelen.
Het kopieermenu openen en kopieën maken.
Het scanmenu openen en documenten scannen.
Het menu voor foto's weergeven en foto's afdrukken.
•
Terugkeren naar het vorige venster.
•
Een menuniveau sluiten en naar een hoger niveau
gaan.
Schakelen naar de kleurenmodus of zwart-witmodus.
Een afdruk-, scan- of kopieertaak starten, afhankelijk van
de geselecteerde modus.
15
7
8
COLOR
START
BLACK
2-Sided
Eco-Mode
9