In gebruik nemen
• Controleer de volledigheid van de leveromvang van uw
apparaat. Bij storingen bij accessoires, contact opnemen
met de klantendienst van Trotec of het gespecialiseerd
bedrijf, waar u uw apparaat heeft gekocht.
• Controleer het apparaat en de aansluitonderdelen hiervan
op mogelijk beschadigingen.
• Zorg dat wordt voldaan aan de in het hoofdstuk opstellen
beschreven voorwaarden.
• De tank van het apparaat vullen met stookolie EL, kerosine
of diesel, zoals is beschreven in het hoofdstuk montage.
• Controleer het apparaat voor het in gebruik nemen en
controleer het tijdens gebruik regelmatig op een
probleemloze toestand.
• Controleer of de gegevens van het stroomnet
overeenkomen met de gegevens op het typeplaatje.
• Controleer voor elke inschakeling van het apparaat of de
ventilator vrij beweegt, voordat u de netstekker in het
stopcontact steekt.
• Het netsnoer aansluiten op een voldoende afgezekerd
stopcontact. Op bouwplaatsen moet volgens de nationale
bepalingen (in Duitsland: VDE 0100/0105) bij het
stopcontact een aardlekschakelaar (FI) zijn
voorgeschakeld.
Het apparaat is nu klaar voor gebruik.
Tank vullen
Waarschuwing voor brandgevaarlijke stoffen
Zorg dat geen ontstekingsbronnen aanwezig zijn in de
buurt van de tank, zodat geen brand kan ontstaan.
De tankdop en de vulpeilindicatie bevinden zich bij de IDE 20 D /
IDE 30 D aan de achterkant van het apparaat en bij de
IDE 50 D / IDE 60 D / IDE 100 D links naast het
bedieningspaneel. De afbeeldingen in onderstaande beschrijving
tonen als voorbeeld de IDE 100 D.
ü Wacht bij het vullen van de tank, tot het apparaat volledig is
afgekoeld.
ü Gebruik uitsluitend brandstof, die geschikt is voor het
apparaat (zie technische gegevens).
1. Plaats het apparaat op een stevige, vlakke en onbrandbare
ondergrond.
NL
2. De tankdop (5) losschroeven.
3. Vul de tank. Let daarbij op de vulpeilindicatie (7). Stop
4. De tankdop (5) weer op de tank schroeven. Let op de
olieverwarmingsapparaat IDE 20 D / IDE 30 D / IDE 50 D / IDE 60 D / IDE 100 D
7
5
korte voor het rode bereik met het vullen van de tank.
uitsparingen bij de tankopeningen en de nokken bij de
tankdop. Deze moeten bij het plaatsen van de tankdop
tegenover elkaar liggen. Zorg dat de tankdop goed vastzit,
omdat anders lekkages kunnen ontstaan.
9