Het programmeren van aanvullende functies
Behoedzaam wassen
Wanneer de functie "Behoedzaam
wassen" is geprogrammeerd, wordt
het aantal trommelbewegingen gere-
duceerd.
Zo kan licht vervuild wasgoed be-
hoedzamer worden gewassen.
"Behoedzaam wassen" kan worden ge-
bruikt in de programma's WITTE WAS /
BONTE WAS, Miniwas , Stijven en Com-
binatiewas .
Met deze functie wordt in bovenge-
noemde programma's bij iedere was-
beurt met het behoedzame ritme ge-
wassen.
De functie is, wanneer de wasautomaat
wordt geleverd, niet geprogrammeerd.
Het programmeren van de aanvul-
lende functie gebeurt met de stappen
A tot en met G:
De aanvullende functies worden gepro-
grammeerd met behulp van de toetsen
voor de extra functies en met behulp
van de programmakeuzeschakelaar.
Deze bedieningselementen hebben
dus een tweede functie die niet op het
paneel te zien is.
Eerst moet aan de volgende voorwaar-
den worden voldaan:
– De wasautomaat moet uitgeschakeld
zijn.
– De deur moet gesloten zijn.
– De programmakeuzeschakelaar
moet op de stand Einde staan.
66
A Druk de toetsen van de extra func-
ties Intensief en Extra water tegelijk
in, houd ze ingedrukt en . .
B schakel de wasautomaat met behulp
van de I-Aan/0-Uit - toets in.
C Laat alle toetsen los.
In het display verschijnt: P 0.
D Draai de programmakeuzeschake-
laar op de stand Combinatiewas .
E In het display gaan afwisselend de
letter P en het cijfer 9 knipperen.
Daarbij verschijnt rechts een:
0 = wanneer "Behoedzaam wassen"
niet is geprogrammeerd;
of een:
1 = wanneer "Behoedzaam wassen"
wel is geprogrammeerd.
F Door één keer op de START - toets te
drukken kunt u overschakelen van:
– 0 op 1, waarmee u "Behoedzaam
wassen" activeert;
– of van 1 op 0, waarmee u "Behoed-
zaam wassen" deactiveert.
G Schakel de wasautomaat met de
I-Aan/0-Uit - toets uit.
De gekozen en geactiveerde aanvul-
lende functie is nu opgeslagen en blijft
dat totdat ze weer wordt gewist.