Inhoudsopgave
Advertenties
DJI RSC 2-gebruikershandleiding
ActiveTrack 3.0 gebruiken
Bij het volgen van een persoon wordt aanbevolen om de persoon in het midden van het
camerabeeld te selecteren en te bevestigen door eenmaal op de trekker te drukken. Bij het
volgen van een object wordt het aangeraden om het object te selecteren en te bevestigen
door er een vakje omheen te slepen om het object beter te kunnen herkennen. De gimbal
begint het object te volgen nadat hij het met succes heeft herkend.
Bij gebruik van ActiveTrack moet de juiste snelheid worden ingesteld. Onderwerpen kunnen
kwijt raken als de snelheid te hoog wordt ingesteld en de stabilisatie kan worden beïnvloed
als de snelheid te laag wordt ingesteld.
Voor optimale prestaties wordt aanbevolen om de ActiveTrack-snelheid in te stellen op 20 bij
gebruik van een lens met een equivalente brandpuntsafstand van 24 mm (getest met Sony
α7 III). Verhoog de ActiveTrack-snelheid bij gebruik van een lens met een gelijkwaardige
brandpuntsafstand van minder dan 24 mm. Verlaag de ActiveTrack-snelheid bij gebruik van
een lens met een gelijkwaardige brandpuntsafstand van meer dan 24 mm.
Tik op
om Virtuele joystick en Force Mobile te gebruiken.
Raadpleeg de gebruikershandleiding van het DJI Ronin RavenEye-beeldoverdrachtsysteem
voor meer informatie.
Bedrijfsmodi
Er zijn vier bedieningsmodi voor de DJI RSC 2: Upright, underslung, flitser, en wijde greep.
Upright-modus: De upright-modus staat ingeschakeld nadat u de gimbal aanzet.
Upright-modus
Underslung-modus: ga naar slaapstand wanneer de gimbal in de upright-modus staat en
draai de DJI RSC 2 ondersteboven en draai de rolas 180°. De underslung-modus wordt
ingeschakeld nadat de DJI RSC 2 uit de slaapstand komt.
28
© 2020 DJI OSMO Alle rechten voorbehouden.
Underslung-modus
Advertenties
Inhoudsopgave
