3.2 Voorbereiding
Om de eventuele vochtigheid te
verwijderen die wordt opgehoopt tijdens
de bewerkingen in de fabriek, voor een
correcte functionering van de elektronische
circuits en van de bedieningen:
1. Verwijder de beschermfolie van de
externe oppervlakken van het apparaat
en van de accessoires.
2. Verwijder eventuele etiketten (behalve
het plaatje met de technische gegevens).
3.3 Gebruik van de kookplaat
Alle bedieningen en schakelaars bevinden
zich op het frontpaneel. Het gebruik van de
inductieplaat gebeurt door middel van
sensortoetsen Touch-Control. Raak een
symbool op de keramische plaat lichtjes
aan. Elke aanraking wordt bevestigd door
een geluidssignaal.
Eerste inschakeling
Wanneer het apparaat voor de
eerste keer op de stroomvoorziening
wordt aangesloten, wordt een
automatische controle uitgevoerd
waarbij tijdelijk alle controlelampjes
worden ingeschakeld.
Nadat het apparaat op de algemene
stroomvoorziening is aangesloten, zal het
symbool
op het display bij de eerste
ingebruikname gaan knipperen. Het wordt
gebruikt om toegang te krijgen tot het
technische menu van het apparaat en mag
alleen door personeel van de technische
dienst gebruikt worden.
Wanneer het apparaat wordt aangezet,
verschijnen op het timerdisplay het
pictogram
, de zacht verlichte toets
en de tekst
166
Gebruik
.
Lijst met pictogrammen
Pictogram van de warming-functie.
Pictogram van de timer.
Pictogram van de pauze-functie.
Pictogram van de clean-functie.
Pictogram toetsblokkering.
Pictogram automatische pandetectie.
Pictogram volumetoetsen.
Pictogram helderheid display.
Pictogram eco-modus.
Lijst met toetsen
On/Off-toets: voor de in- of
uitschakeling van de kookplaat.
Toets menu instellingen: geeft toegang
tot de apparaatinstellingen.
Toets Grill functie: activeert de
grillfunctie
Toets Auto-Vent 2.0-functie: voor de
communicatie tussen de kookplaat en
de afzuigkap.
Schuifbalk: om het vermogen van een
kookzone te verhogen of verlagen, om de
instellingen te wijzigen en de opties van het
gebruikersmenu te selecteren.