Laat de messen tot stilstand komen wanneer de grasmaaier moet worden opgetild voor
het oversteken van andere bodemoppervlakken dan grasvelden en wanneer u de
grasmaaier heen- en terugbrengt naar de plek die gemaaid moet worden.
Gebruik de grasmaaier nooit met defecte beschermkappen of zonder dat de
veiligheidsvoorzieningen zoals bijvoorbeeld de grasklep en/of de grasopvangbak op hun
plaats zitten.
Opgelet: de grasmaaier mag niet gebruikt worden zonder dat ofwel de gehele
grasopvangzak ofwel de zelfsluitende kap van de uitlaatopening aanwezig is.
Regel verzegelde instelpunten voor de snelheidsregeling van de motor niet bij en knoei er
ook niet aan.
Knoei niet aan de veiligheidssystemen van de grasmaaier en schakel ze niet uit.
Verander niets aan de motorinstellingen en voer de motor niet op.
Zet de koppelingen van de messen en de aandrijving los vóór u de motor start.
Start voorzichtig de motor volgens de instructies en hou daarbij de voeten goed uit de
buurt van de messen.
Kantel de maaier niet wanneer u de motor start.
Start de motor niet wanneer u voor de uitwerpopening staat.
Hou handen en voeten uit de buurt van de draaiende onderdelen. Blijf altijd uit de buurt
van de uitwerpopening.
Til een grasmaaier nooit op of draag hem nooit terwijl de motor nog draait.
Zet de motor uit, maak de bougiekabel los en zorg dat alle bewegende onderdelen
volledig tot stilstand zijn gekomen en, in het geval er een sleutel aanwezig is, dat de
sleutel verwijderd is:
Vóór het oplossen van blokkeringen of vóór het vrijmaken van de uitwerpopening.
Vóór het controleren, het reinigen of het werken aan de grasmachine.
Nadat u een vreemd voorwerp heeft geraakt. Controleer de grasmaaier op
beschadigingen en voer de nodige reparaties uit vóór u de motor opnieuw start en de
grasmaaier verder gebruikt.
Wanneer de grasmaaier abnormaal begint te trillen (controleer onmiddellijk).
Zet de motor uit, maak de bougiekabel los en zorg dat alle bewegende onderdelen
volledig tot stilstand zijn gekomen en, in het geval er een sleutel aanwezig is, dat de
sleutel verwijderd is:
Wanneer u de grasmaaier achterlaat.
Vóór het bijtanken.
Geef minder gas tijdens het uitschakelen van de motor en, indien de motor is uitgerust
met een benzineklep, zet deze dan dicht aan het einde van het maaiwerk.
Ga langzaam vooruit wanneer u een volgstoel gebruikt.
5.4
Onderhoud en opslag.
Hou alle moeren, bouten en schroeven stevig vast aangedraaid om er zeker van te zijn
dat het toestel in een toestand verkeert die veilig is om mee te werken.
Bewaar het toestel nooit met benzine in de tank binnen een gebouw waar de dampen in
contact zouden kunnen komen met open vuur of een vonk.
Laat de motor afkoelen voor u hem in een afgesloten ruimte opbergt.
Hou de motor, de geluidsdemper, het batterijvak en de benzinetank vrij van gras,
bladeren of overmatig vet. Dit verkleint het brandgevaar.
Controleer regelmatig de grasopvangbak op sporen van slijtage of aantasting.
Vervang voor alle veiligheid de versleten of beschadigde onderdelen.
Wanneer de benzinetank moet leeggemaakt worden, dan moet dit buiten gebeuren.
Verkeerd onderhoud, het gebruik van niet-conforme vervangonderdelen of het
verwijderen of aanpassen van veiligheidsonderdelen kan de grasmaaier beschadigen en
de gebruikers ervan ernstig verwonden.
Copyright © 2015 VARO
POW63771
P a g i n a
| 7
NL
www.varo.com