Gebruiksaanwijzing
MC 785-MP
2.
Functionele specificaties
-
De MC 785-MP kent drie fasen, nl. de inkoelfase, de bewaarfase en een standby-fase.
In de standby-fase schakelt de regelaar alleen maar bij t.b.v. heetgas ontdooiing, waarbij
deze regelaar zelf niet kan ontdooien. Zie paragraaf 3.5 voor het instellen van de standby-
fase.
Tijdens de inkoelfase koelt de regelaar continu (indien temperatuur hoger dan
temperatuursetpoint).
Tijdens de bewaarfase koelt de regelaar één keer in de cyclustijd (P307) minuten totdat
de temperatuur weer lager of gelijk is aan het temperatuursetpoint. Tijdens deze koeling
worden andere ook op het netwerk aangesloten regelaars geblokkeerd, zodat er steeds
maar één groep (een groep kan meerdere regelaars bevatten) aan het koelen is.
Als de temperatuur boven het temperatuursetpoint plus de koeling forceer-temperatuur
(P306) komt, zal de koeling in ieder geval ingeschakeld worden ondanks het feit dat de
regelaar in het netwerk nog niet koelen mag. Er wordt dan gewoon naar het temperatuur
setpoint toe gekoeld. Dit om te voorkomen dat, bij een groot aantal regelaars, het niet lukt
om binnen de cyclustijd alle units naar het temperatuursetpoint toe te laten koelen.
-
De regelparameters kunnen via een interne programmering ingesteld worden.
-
Er kan gekozen worden tussen geen ontdooiing, natuurlijke ontdooiing, elektrische ontdooiing of
heetgasontdooiing. Er wordt ontdooid op realtime basis (met maximaal 12 inschakelpunten) of
met een interval (P516) instelbaar tussen 1 en 48 uur.
Zolang de temperatuur van de verdamper boven de ontdooi-vrijgavetemperatuur (P517) is, kan
de ontdooiing niet gestart worden. Na het ontdooien schakelt de ventilator weer in als de
ventilator vertragingstijd (P521) is afgelopen.
a. geen ontdooiing
Het ventilatorrelais draait als de thermostaat vraagt. Als de koeling daarna afslaat, draait
de ventilator nog gedurende een programmeerbare vertragingstijd (P401) door.
b. natuurlijke ontdooiing
Ventilatorsturing tijdens koelen als bij a. De ventilator loopt door als er ontdooid wordt.
Hierbij schakelt het ontdooi-relais niet in tijdens ontdooien. De ontdooiing wordt beëindig
op tijd (P518).
c. elektrische ontdooiing
Ventilatorsturing tijdens koelen als bij a. De ontdooiing wordt beëindig op temperatuur
(P519), met begrenzing op tijd (P518). De ontdooiing wordt ook beëindigd als een ingang
met functie ontdooibeëindiging (P101, P102, P103 of P151) wordt gesloten. Tijdens het
ontdooien is de ventilator uitgeschakeld. Na het ontdooien wordt de koeling en de
ventilator gedurende de uitdruptijd (P520) geblokkeerd, daarna schakelt de ventilator
weer in als de ventilatorvertragingstijd (P521) is afgelopen. Als de ventilatorvertragingstijd
(P521) negatief is dan draait de ventilator eerst P521 seconden, daarna komt pas de
koelactie.
d. heetgas ontdooiing
Ventilatorsturing tijdens koelen als bij a. Bij heetgas ontdooiing wordt er via het netwerk
afgevraagd of één of meerdere andere units aan het koelen zijn. Is dit niet het geval, dan
zal de regelaar 15 minuten wachten. Is er daarna nog geen enkele unit aan het koelen,
dan zal de koeling van de unit waarvan de regelwaarde het verst van het setpoint (voor de
mechanische koeling, zie P304) af ligt ingeschakeld worden. De ontdooiing wordt
beëindigd op temperatuur (P519), met begrenzing op tijd (P518). De ontdooiing wordt ook
beëindigd als een ingang met functie ontdooibeëindiging (P101, P102, P103 of P151)
wordt gesloten. Tijdens het ontdooien is de ventilator uitgeschakeld. Na het ontdooien
wordt de koeling en de ventilator gedurende de uitdruptijd (P520) geblokkeerd, daarna
schakelt de ventilator weer in als de ventilatorvertragingstijd (P521) is afgelopen. Als de
ventilatorvertragingstijd (P521) negatief is dan draait de ventilator eerst P521 seconden,
daarna komt pas de koelactie.
Document nr. : 031918
Klant : Algemeen
Versie :
V2.4
Pagina :
7 van 28