Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Trotec TTK 53 E Bedieningshandleiding pagina 9

Verberg thumbnails Zie ook voor TTK 53 E:
Inhoudsopgave

Advertenties

Ontvochtiging
Het apparaat draait tot het bereiken van de voorgeselecteerde
relatieve ruimteluchtvochtigheid. Daarna schakelt de
compressor uit en loopt de ventilator na en schakelt vertraagd
uit. Wordt de vooringestelde relatieve ruimteluchtvochtigheid
overschreden, schakelen de compressor en de ventilatie weer
in.
De relatieve ruimteluchtvochtigheid kan in deze bedrijfsmodus
worden voorgeselecteerd. Het instelbereik ligt tussen 30% en
80% in stappen van 5%.
De ventilator draait met de lage snelheid en de
ventilatorsnelheid kan niet worden gewijzigd.
1. Druk op de toets MODE (16).
ð De indicatie voor de actueel gekozen bedrijfsmodus
knippert.
2. Druk op de toets MODE (16), tot de indicatie
CONTINUOUS (20) knippert.
3. Wacht ca. 5 seconden, zodat de instelling wordt
opgeslagen.
ð De bedrijfsmodus Ontvochtiging is geselecteerd.
ð De indicatie CONTINUOUS (20) brandt.
4. Druk op de pijltoetsen (12, 14), voor het instellen van de
relatieve ruimteluchtvochtigheid.
5. Wacht ca. 5 seconden, zodat de instelling wordt
opgeslagen.
Automatisch bedrijf
De relatieve ruimteluchtvochtigheid is vooringesteld op 55% en
kan niet worden gewijzigd.
Ligt de relatieve ruimteluchtvochtigheid tussen 55% en 70%,
schakelt de ventilator automatisch naar de lage snelheid.
Onder 55% relatieve ruimteluchtvochtigheid schakelt de
compressor uit.
Boven 70% relatieve ruimteluchtvochtigheid draait de ventilator
met hoogste snelheid.
1. Druk op de toets MODE (16).
ð De indicatie voor de actueel gekozen bedrijfsmodus
knippert.
2. Druk op de toets MODE (16), tot de indicatie
AUTOMATIC (19) knippert.
3. Wacht ca. 5 seconden, zodat de instelling wordt
opgeslagen.
ð De bedrijfsmodus Automitisch bedrijf is geselecteerd.
ð De indicatie AUTOMATIC (19) brandt.
NL
Wasdroogfunctie
U kunt het apparaat gebruiken om was sneller te laten drogen.
Houd bij het plaatsen van het apparaat of een wasrek rekening
met de minimale afstanden volgens de technische gegevens.
Het apparaat ontvochtigt de lucht continu en onafhankelijk van
de relatieve ruimteluchtvochtigheid. De ventilator draait met
hoogste snelheid.
De relatieve ruimteluchtvochtigheid en de ventilatorsnelheid
kunnen in deze bedrijfsmodus niet worden ingesteld.
1. Druk op de toets MODE (16).
ð De indicatie voor de actueel gekozen bedrijfsmodus
knippert.
2. Druk op de toets MODE (16), tot de indicatie DRY
CLOTHES (21) knippert.
3. Wacht ca. 5 seconden, zodat de instelling wordt
opgeslagen.
ð De bedrijfsmodus Wisdroogfunctie is geselecteerd.
ð De indicatie DRY CLOTHES (21) brandt.
Ventilatie
De ventilator draait met de laagste snelheid. De compressor
draait niet.
1. Druk op de toets MODE (16).
ð De indicatie voor de actueel gekozen bedrijfsmodus
knippert.
2. Druk op de toets MODE (16), tot de indicatie AIR
CLEAN (22) knippert.
3. Wacht ca. 5 seconden, zodat de instelling wordt
opgeslagen.
ð De bedrijfsmodus Ventilitie is geselecteerd.
ð De indicatie AIR CLEAN (22) brandt.
Continubedrijf
Het apparaat ontvochtigt de lucht continu en onafhankelijk van
de relatieve ruimteluchtvochtigheid.
De ventilator draait met de lage snelheid en de
ventilatorsnelheid kan niet worden gewijzigd.
1. Druk op de toets MODE (16).
ð De indicatie voor de actueel gekozen bedrijfsmodus
knippert.
2. Druk op de toets MODE (16), tot de indicatie
CONTINUOUS (20) knippert.
3. Wacht ca. 5 seconden, zodat de instelling wordt
opgeslagen.
ð De indicatie CONTINUOUS (20) brandt.
4. Druk op de pijltoetsen (12, 14), tot CO op de
segmentweergave (13) wordt weergegeven.
5. Wacht ca. 5 seconden, zodat de instelling wordt
opgeslagen.
ð De bedrijfsmodus Continubedrijf (20) is geselecteerd.
Bedieningshindleiding – luchtontvochtiger TTK 53 E / TTK 72 E
8

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Ttk 72 e

Inhoudsopgave