5.3 Meten met de FMW
Maak de FMW gebruiksklaar zoals beschreven in
hoofdstuk 0.
Plaats de meter met het sensorvlak op het
te meten materiaal.
Bij de instelling PH1 dient de <MENU> toets te worden ingedrukt om
verder te gaan met een volgende meting.
Na 10 minuten schakelt de FMW automatisch uit om de batterij te
sparen.
Houdt de meter met een lichte druk tegen het te meten materiaal.
Bij het niet drukken of te hard drukken van de meter, kunnen
verschillen ontstaan in het gemeten vochtgehalte.
Houd uw hand niet achter het te meten materiaal.
Leg het te meten materiaal niet op een metalen ondergrond.
Als op de plaats van een knoest wordt gemeten, zal de FMW een
hoger vochtpercentage weergeven dan het werkelijke
vochtpercentage. Bij scheuren in het hout zal de FMW een lager
vochtpercentage weergeven. Er dient dan op een andere plaats
gemeten te worden.
Wanneer het te meten materiaal een ruw oppervlak heeft, zal de
FMW in het algemeen een iets lager vochtgehalte weergeven.
Bij materialen met grote schommelingen in het soortelijke gewicht,
moet altijd het gemiddelde soortelijk gewicht worden aangehouden.
13
In het display verschijnt (bijvoorbeeld)